2.1.
De maatschap
[eisers]
houdt zich bezig met het fokken en houden van pluimvee op haar adres aan de
[adres]
te
[vestigingsplaats]
.
2.2.
De maatschap
[eisers]
heeft een pakket aan verzekeringen bij Delta Lloyd, dit wordt ook wel het agrarisch ondernemerspakket genoemd. Op de polis staat onder “bedrijfsmiddelen” vermeld een bergschuur en een pluimveeschuur.
2.3.
De op de verzekeringsovereenkomst toepasselijke Algemene Verzekeringsvoorwaarden Bedrijfsmiddelen vermeldt, voor zover hier relevant, het volgende:
“(…) ARTIKEL 1.2
VERZEKERD BELANG
Hieronder wordt verstaan bij de verzekering van materiële schade:
Het belang dat verzekerde heeft bij het behoud van de verzekerde zaken uit hoofde van eigendom of ander zakelijk recht, dan wel voor zover hij het risico draagt voor het behoud of daarvoor aansprakelijk is. (…).
ARTIKEL 7.3
SCHADEREGELING EN BENOEMING EXPERTS
De schade, de kosten ter voorkoming en vermindering daarvan en de opruimingskosten, worden in onderling overleg geregeld of worden vastgesteld door twee experts, één te benoemen door de maatschappij en één te benoemen door verzekerde. In het laatste geval benoemen deze beide experts samen voor de aanvang van hun werkzaamheden een derde expert, die bij gebrek aan overeenstemming de grootte van de schade binnen de grenzen van beide schadetaxaties een bindende uitspraak zal doen. (…).”
2.4.
Artikel 2.1 van de “specifieke verzekeringsvoorwaarden Opstal Agrarisch” luidt als volgt:
“DE VERZEKERING DEKT
De verzekering dekt de in de polis vermelde zaken tegen materiële schade, indien deze onmiddellijk en uitsluitend het gevolg is van een onvoorziene gebeurtenis (…).”
2.5.
De polis Zakelijk Schade Bedrijf, Bedrijfsmiddelen, vermeldt, voor zover hier relevant, het volgende:
“(…) Verzekerd
Opstal
Volgnummer 1
Bestemming Bergschuur (B) (…)
Clausules L746 (…)
Opstal
Volgnummer 2
Bestemming Pluimveeschuur (C-D-E) (…)
Clausules L746 (…)
Overige bijzonderheden Incl. zonnepanelen
Op gebouw B € 30.000 en
de gebouwen C-D-E € 300.000 (…)”.
2.6.
De op de verzekeringsovereenkomst toepasselijke “Clausule L746 Hagelschade” (hierna: de clausule hagelschade) luidt als volgt:
“(…) Clausule L746 Hagelschade
Ten aanzien van deze verzekering is neerslagschade aan de verzekerde zaken door hagelstenen meeverzekerd.
Hieronder wordt niet verstaan schade ten gevolge van (over-)belasting op daken en muren door hagelstenen.
Uitgesloten is:
schade die bestaat uit krassen, schrammen, deuken of andere lichte beschadigingen, tenzij de beschadiging van invloed is op het functioneren van de verzekerde zaak:
schade aan verzekerde zaken die op deze polis niet tegen stormschade zijn verzekerd;
schade ontstaan door hagel, binnengedrongen via dakbedekking, ramen, deuren, ventilatieopeningen of anderszins.
Alle bepalingen van de stormschadedekking, inclusief die inzake het eigen risico, zijn ook op deze dekking van toepassing. (…)”.
2.7.
Op 23 juni 2016 werd een deel van Noord-Brabant en Limburg getroffen door hevig noodweer. Een “supercel” passeerde in de avond, waarbij onder meer hagelstenen met extreme afmetingen zijn gevallen. Ook was er sprake van windstoten, hevige neerslag en vele bliksemontladingen.
2.8.
De maatschap
[eisers]
heeft op 24 juni 2016 bij Delta Lloyd schade gemeld. Op het schadeformulier staat onder “beschadigde voorwerpen” het staldak met asbest houdende golfplaten vermeld.
2.9.
Vervolgens heeft Delta Lloyd aan Dekra Experts BV (hierna: Dekra Experts) opdracht gegeven om een onderzoek in te stellen. Op 12 juli 2016 heeft Dekra Experts de maatschap
[eisers]
bezocht.
2.10.
In het eerste verslag van expertise van Dekra Experts van 23 juli 2016 staat, voor zover van belang, onder meer het volgende:
“(…) Algemeen (…)
De verzekerde opstallen betreffen pluimveestallen (…), een bergschuur (…) en een vrijstaande schuur. De opstallen zijn opgetrokken uit metselwerk en voorzien van asbesthoudende golfplaten waarop veel zonnepanelen zijn gemonteerd (…)
Schadeomvang
Bij verzekerde is met name schade ontstaan aan asbesthoudende golfplaten op de daken. Voor het vervangen van de golfplaten dienen de op de golfplaten aanwezige zonnepanelen, ge(de)monteerd te worden. De zonnepanelen zijn na ons eerste bezoek getest door het bedrijf SolarTester. Uit deze testen is gebleken dat alle zonnepanelen op de daken beschadigd zijn en vervangen dienen te worden. Wij zullen op basis van de bevindingen van het bedrijf SolarTester, een second opinion laten uitvoeren door een onafhankelijke tweede partij. (…)”.
2.11.
Nadien heeft Delta Lloyd, althans Dekra Experts aan DEKRA Certification BV (hierna: Dekra Certification) opdracht gegeven om de vraag te beantwoorden hoe groot de afname is van de energieopbrengst van de zonnepanelen als gevolg van de hagelschade, zowel op dit moment als in de toekomst.
2.12.
In het rapport van Dekra Certification van 10 oktober 2016 staat, voor zover van belang, het volgende:
“(…) 1 SAMENVATTING EN CONCLUSIES
Normaal te verwachten opbrengst
Zonnepanelen hebben een natuurlijke afname van de vermogensafgifte bij toenemende ouderdom. De door de leverancier opgegeven gegarandeerde vermogensafgifte van de geïnstalleerde panelen bedraagt in de huidige situatie 95,3 % van de nominale waarde van 230 Watt.
Huidige opbrengst
De huidige vermogensafgifte van de tien gemeten modules bedraagt gemiddeld 97,3 % van de gespecificeerde nieuwwaarde. Deze waarde ligt boven de gegarandeerde waarde van 95,3 % voor modules van deze leeftijd.
Toekomstige opbrengst
De ingeschatte maximale lange termijn afname van vermogen, als gevolg van het groter worden van de huidige breuken, bedraagt gemiddeld 6,4 % voor alle cellen van de tien gemeten modules. De waargenomen verschillen tussen de afzonderlijke cellen en modules zijn groot. Een aantal cellen is ernstig beschadigd.
Het effekt van één ernstig beschadigde cel is groot. Hierdoor valt een derde deel van een complete module uit en hierbij worden 19 andere cellen buiten werking gesteld. Als gevolg hiervan, zal de werkelijke vermogensafname beduidend hoger zijn dan de berekende gemiddelde waarde van 6,4 %.
Of de ingeschatte maximale groei van de aanwezige breuklijnen op gaat treden is niet te bepalen. In de literatuur is hier veel tegenstrijdige informatie over.
Geadviseerd wordt de vermogensafgifte van de modules gedurende de komende twee jaar te monitoren, om aan de hand hiervan vast te stellen of de mogelijke schade door “breuk groei” daadwerkelijk op gaat treden en hoe groot deze dan is. (…)”.
2.13.
Op 3 november 2016 heeft de heer
[naam 1]
van NES (New Energy Systems), de installateur van de zonnepanelen van de maatschap
[eisers]
, per e-mail kritiek geuit op conclusies uit het rapport van Dekra Certification. Dekra Experts heeft hierop gereageerd bij e-mail van 14 november 2016, waarna de heer
[naam 1]
daar weer op heeft gereageerd bij e-mail van 16 november 2016.
2.14.
De advocaat van de maatschap
[eisers]
heeft op 9 maart 2017 een e-mail gestuurd aan Dekra Experts en aan Delta Lloyd, waarin zij Delta Lloyd sommeert om binnen 5 dagen verzekeringsdekking voor de te vervangen zonnepanelen te verstrekken en de vereiste bedragen ter beschikking te stellen aan de maatschap
[eisers]
Tevens wordt Delta Lloyd aansprakelijk gesteld voor de door de maatschap
[eisers]
geleden en/of nog te lijden schade vanwege minderopbrengsten van de zonnepanelen en vanwege misgelopen en mis te lopen subsidies.
2.15.
Op 17 maart 2017 heeft Delta Lloyd per e-mail aan de maatschap
[eisers]
laten weten dat zij geen vergoeding zal verstrekken voor vervanging van de zonnepanelen. Delta Lloyd schrijft, onder meer, het volgende:
“(…) Geen schade aan de zonnepanelen
Uit aanvullend onderzoek door Dekra Certification BV is gebleken dat de zonnepanelen nog goed functioneren. Het afgegeven rendement van de zonnepanelen ligt op dit moment ruim boven de door de fabrikant gegarandeerde waarde. Op dit moment zijn er daarom geen redenen om aan te nemen dat deze vervangen moeten worden. Als binnen twee jaren na de schadedatum alsnog schade aan de zonnepanelen en/of een te hoog rendementsverlies blijkt te ontstaan die rechtstreeks terug te voeren is op de hagelschade van 23 juni 2016, zal deze schade alsnog aanvullend worden vastgesteld.
Gevolgschade
Wij willen er nadrukkelijk op wijzen dat minderopbrengsten van de zonnepanelen en schade door mislopen of lagere subsidie niet onder de dekking van deze verzekering valt. (…)”.
3.1.
De maatschap
[eisers]
vordert – na eiswijziging – bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. een verklaring voor recht dat Delta Lloyd verplicht is om uit hoofde van de verzekeringsovereenkomst de door de maatschap
[eisers]
geleden schade aan de zonnepanelen te vergoeden, meer in het bijzonder om voor recht te verklaren dat Delta Lloyd gehouden is om een zodanig bedrag aan de maatschap
[eisers]
uit te keren als deze laatste nodig heeft voor integrale vervanging van de zonnepanelen en de bijbehorende omvormers en toebehoren;
II. een verklaring voor recht dat Delta Lloyd gehouden is om aan de maatschap
[eisers]
de schade te vergoeden die zij geleden heeft en zal lijden als gevolg van de onterechte weigering van Delta Lloyd om de zonnepanelen integraal te (doen) vervangen, althans om te dier zake een verzekeringsuitkering te doen opdat de maatschap die zonnepanelen integraal kon vervangen voorafgaand aan 1 mei 2017 (de datum waarop de kippen in de stallen geplaatst werden) en welke schade bestaat uit de minderopbrengst van de beschadigde zonnepanelen;
III. een verklaring voor recht dat Delta Lloyd verplicht is om de schade te vergoeden die de maatschap
[eisers]
geleden heeft en zal lijden als gevolg van de onterechte weigering van Delta Lloyd om de zonnepanelen integraal te (doen) vervangen, althans om te dier zake een verzekeringsuitkering te doen opdat de maatschap
[eisers]
die zonnepanelen integraal kon vervangen voorafgaand aan 1 mei 2017 (de datum waarop de kippen in de stallen geplaatst werden) en welke schade bestaat uit de minderopbrengst van de SDE subsidie;
IV. Delta Lloyd te veroordelen om de buitengerechtelijke incassokosten te vergoeden, welke kosten nader dienen opgemaakt te worden bij staat en vereffend dienen te worden volgens de wet;
V. Delta Lloyd te veroordelen om de door de maatschap
[eisers]
gemaakte en te maken proceskosten te vergoeden, de deurwaarderskosten, de griffierechten, de kosten van haar advocaat en de nakosten daaronder nadrukkelijk, maar niet uitsluitend, begrepen.
3.2.
De maatschap
[eisers]
legt aan haar vorderingen – kort gezegd – het volgende ten grondslag. Op grond van de verzekeringsovereenkomst tussen de maatschap
[eisers]
en Delta Lloyd is Delta Lloyd gehouden uitkering te doen aan haar voor vervanging van de zonnepanelen, nu er neerslagschade is ontstaan aan de zonnepanelen door hagelstenen, waar de maatschap
[eisers]
blijkens de polis en de clausule hagelschade verzekerd voor is. Daarnaast lijdt de maatschap
[eisers]
schade als gevolg van de onterechte weigering van Delta Lloyd om tot uitkering over te gaan, nu zij daardoor minder opbrengsten van de zonnepanelen heeft, welke Delta Lloyd daarom dient te vergoeden. Voorts stelt de maatschap
[eisers]
dat zij schade lijdt als gevolg van de onterechte weigering van Delta Lloyd om tot uitkering over te gaan, doordat zij minder subsidie heeft ontvangen. De hoeveelheid subsidie die zij ontvangt is namelijk gebaseerd op de door haar met behulp van de zonnepanelen gewekte energie. Volgens de maatschap
[eisers]
schiet Delta Lloyd daarmee toerekenbaar tekort en heeft zij onrechtmatig gehandeld.
3.3.
Delta Lloyd voert verweer en voert daartoe – kort gezegd – aan dat er geen sprake is van schade in de zin van materiële beschadiging aan de zonnepanelen, zodat zij niet hoeft uit te keren. Er is geen materiële beschadiging. Verder voert Delta Lloyd aan dat voor zover er wel schade is aan de zonnepanelen, de uitsluiting van de clausule hagelschade van toepassing is. Nu het om lichte beschadigingen gaat en de beschadigingen geen invloed hebben op het functioneren van de zonnepanelen, bestaat er geen dekking.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
Verklaring voor recht onder 3.1. I
4.1.
De vraag die partijen verdeeld houdt, is of er sprake is van materiële schade die is veroorzaakt door een onder de verzekeringspolis van de maatschap
[eisers]
gedekt evenement. De clausule hagelschade van de verzekeringsovereenkomst bepaalt dat neerslagschade aan de verzekerde zaken door hagelstenen meeverzekerd is. Partijen verschillen in het bijzonder van mening over de vraag of er sprake is van “schade” aan de zonnepanelen in de zin van de clausule.
4.2.
Delta Lloyd betwist dat er sprake is van materiële schade aan de zonnepanelen. Volgens haar is er geen sprake van een beschadiging van de zonnepanelen, zodat zij geen dekking hoeft te verlenen. Delta Lloyd stelt dat voor beschadiging van de zonnepanelen vereist is dat sprake is van een objectieve aantasting van de stoffelijke structuur die naar verkeersopvattingen de stoffelijke gaafheid van de zaak kenmerkt. De geconstateerde micro-breukjes in de zonnepanelen leveren volgens haar wel een wijziging van de stoffelijke structuur op, maar dit betreft geen objectieve aantasting van de stoffelijke structuur die naar verkeersopvattingen de stoffelijke gaafheid van de zonnepanelen kenmerkt. Daartoe voert Delta Lloyd aan dat geen sprake is van een esthetische verandering, omdat de micro-breukjes niet met het blote oog zichtbaar zijn. Dat betekent dat, om te kunnen spreken van materiële schade, de zonnepanelen substantieel slechter moeten zijn geworden, bijvoorbeeld doordat de levensduur van de zonnepanelen is aangetast of de zonnepanelen hun functie hebben verloren. Daarvan is geen sprake, aldus steeds Delta Lloyd.
4.3.
Delta Lloyd benadrukt dat Dekra Certification, zie rov. 2.12, heeft vastgesteld dat
zich op dit moment geen functieverlies voordoet. De huidige vermogensafgifte van de tien gemeten modules bedraagt gemiddeld 97,3 % van de gespecificeerde nieuwwaarde, terwijl de door de leverancier opgegeven gegarandeerde vermogensafgifte van de geïnstalleerde zonnepanelen in de huidige situatie maar 95,3 % bedraagt. Wat betreft de toekomst is het volgens haar nog onzeker of, en zo ja, in hoeverre sprake zal zijn van vermogensafname als gevolg van het groter worden van de breuklijnen. Daarom vindt Delta Lloyd dat de komende twee jaar gemonitord moet worden of dit daadwerkelijk gaat plaatsvinden. Als de breuklijnen groter worden kan dat leiden tot ernstige beschadiging, maar dat is momenteel nog onzeker, zodat er nu geen grond voor uitkering bestaat.
4.4.
De rechtbank is met de maatschap
[eisers]
van oordeel dat sprake is van materiële schade aan de zonnepanelen door hagelstenen, als bedoeld in de clausule hagelschade. Daartoe overweegt de rechtbank als volgt. Het begrip schade in de clausule wordt in de polisvoorwaarden niet gedefinieerd. De door Delta Lloyd gehanteerde definitie is een gangbare definitie om vast te stellen of sprake is van een beschadiging, zie bijvoorbeeld ook het arrest van de Hoge Raad van 11 maart 2005, ECLI:NL:HR:2005:AR6163. Daarin werd onder ‘schade aan goederen’ verstaan ‘een objectieve aantasting van de stoffelijke structuur die naar verkeersopvattingen de stoffelijke gaafheid van de zaak kenmerkt’. De maatschap
[eisers]
heeft toepasselijkheid van deze definitie niet betwist en heeft geen andere definitie gegeven. De rechtbank zal deze definitie aanhouden. Dat brengt mee dat eerst moet worden vastgesteld dat er een wijziging is van de stoffelijke structuur van de zaak. Dat daarvan in dit geval sprake is, is niet in geschil tussen partijen. Delta Lloyd heeft ter zitting erkend dat sprake is van een wijziging van de stoffelijke structuur van de zonnepanelen, omdat de zonnepanelen immers micro-breukjes vertonen.
4.5.
Vervolgens is de rechtbank van oordeel dat er naar verkeersopvattingen wel degelijk sprake is van een objectieve aantasting van de stoffelijke structuur die de stoffelijke gaafheid van de zonnepanelen kenmerkt. Het gaat om de vraag of sprake is van zaakbeschadiging. Anders dan Delta Lloyd meent is voor het aannemen van een aantasting als hier bedoeld niet vereist dat de zonnepanelen substantieel slechter zijn geworden in de zin van functieverlies of aantasting van de levensduur. Bij zaakbeschadiging gaat het immers niet om de schadevorm, maar om de schadeoorzaak. Dat blijkt ook uit de systematiek van de polis, die uitgaat van (aansprakelijkheid voor) schade als gevolg van zaakbeschadiging. Zaakbeschadiging behoeft niet gepaard te gaan met schade. De aantasting moet dan ook gezocht worden in wat met de zaak zelf gebeurt en niet in de gevolgen die dit voor het vermogen van de maatschap
[eisers]
heeft. Bij die beoordeling is beslissend hetgeen blijkt uit het eerste verslag van expertise van Dekra Experts (zie rov. 2.10.). In dat verslag is beschreven dat het bedrijf SolarTester de zonnepanelen heeft getest. Niet betwist is dat SolarTester gespecialiseerd is in het onderzoeken van zonnepanelen. Uit de test is gebleken dat er schade aan de zonnepanelen is ontstaan en dat alle zonnepanelen op de daken zodanig zijn beschadigd dat alle zonnepanelen vervangen dienen te worden. Daar komt bij dat Dekra Certification in haar conclusie schrijft (zie rov. 2.12.) dat een aantal cellen ernstig is beschadigd. Nu SolarTester zodanige schade constateert dat vervanging van alle zonnepanelen is geadviseerd en het rapport van Dekra Certification de kwalificatie “ernstig beschadigd” gebruikt ten aanzien van een aantal cellen van de zonnepanelen, staat daarmee voldoende vast dat de micro-breukjes een objectieve aantasting van de stoffelijke structuur vormen die naar verkeersopvattingen de stoffelijke gaafheid van de zonnepanelen kenmerkt.
4.6.
Subsidiair doet Delta Lloyd een beroep op de uitsluiting van de clausule hagelschade. Krachtens de uitsluiting is er geen dekking als sprake is van krassen, schrammen, deuken of andere lichte beschadigingen, tenzij de beschadiging van invloed is op het functioneren van de verzekerde zaak. Volgens Delta Lloyd vallen de micro-breukjes onder ‘krassen, schrammen, deuken of andere lichte beschadigingen’, zodat in principe geen dekking wordt verleend. De rechtbank volgt Delta Lloyd hierin niet. Bij dat oordeel is van belang dat Dekra Certification schrijft dat een aantal cellen ernstig beschadigd is en dat het effect van een beschadigde cel groot is. Het aanvankelijke advies van SolarTester om, gelet op de ernst van beschadigingen, alle zonnepanelen te vervangen is ook in dit verband van belang. Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, valt gezien deze conclusies van deskundigen niet in te zien dat de micro-breukjes vallen onder lichte beschadigingen zoals hier bedoeld.
4.7.
Dit betekent dat de gevorderde verklaring voor recht onder rov. 3.1.I., inhoudende dat Delta Lloyd verplicht is om uit hoofde van de verzekeringsovereenkomst de door de maatschap
[eisers]
geleden schade aan de zonnepanelen te vergoeden, wordt toegewezen. De verklaring voor recht dat Delta Lloyd gehouden is om een zodanig bedrag aan de maatschap
[eisers]
uit te keren als deze laatste nodig heeft voor integrale vervanging van de zonnepanelen en de bijbehorende omvormers en toebehoren komt niet voor toewijzing in aanmerking, omdat de schade moet worden afgewikkeld op de wijze zoals bepaald in artikel 7.3 van de polisvoorwaarden (zie rov. 2.3.).
Verklaring voor recht onder 3.1.II. en onder 3.1.III.
4.8.
Ten tweede vordert de maatschap
[eisers]
een verklaring voor recht, inhoudende dat Delta Lloyd gehouden is om de schade te vergoeden die zij heeft geleden en zal lijden, bestaande uit de minderopbrengst van de beschadigde zonnepanelen. De maatschap
[eisers]
stelt dat, indien Delta Lloyd tijdig verzekeringsdekking had verleend, de maatschap
[eisers]
tijdig de zonnepanelen had kunnen vervangen en zij ook geen verminderde opbrengst van de beschadigde zonnepanelen had gehad. Volgens de maatschap
[eisers]
is Delta Lloyd hierdoor toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de verzekeringsovereenkomst, dan wel heeft zij onrechtmatig gehandeld door onterecht te weigeren een verzekeringsuitkering te doen.
4.9.
Delta Lloyd voert verweer tegen de gevorderde verklaring voor recht onder 3.1.II. Zij voert aan dat een rechtsgrond ontbreekt. De polisvoorwaarden bieden geen dekking voor
vertragingsschade. Het uitgangspunt bij vertragingsschade bij het betalen van een geldbedrag is artikel 6:119 BW en de maatschap
[eisers]
kan geen aanspraak maken op meer dan de wettelijke rente.
4.10.
Het verweer van Delta Lloyd slaagt. De polisvoorwaarden bieden inderdaad geen grondslag voor vergoeding van vertragingsschade. Delta Lloyd heeft terecht aangevoerd dat het uitgangspunt is dat schadevergoeding wegens vertraging voor zogenaamde aanvullende schade, andere dan de initiële schade, krachtens artikel 6:119 BW bestaat uit uitsluitend de wettelijke rente. Een vordering tot vergoeding van de vertragingsschade op grond van toerekenbaar tekortschieten dan wel onrechtmatig handelen door Delta Lloyd is slechts mogelijk, indien toepassing van de dwingende wetsbepaling van artikel 6:119 BW naar
maatstaven van de redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Daarvoor zijn bijzondere feiten en omstandigheden vereist. Gedacht moet worden aan een situatie, waarbij er sprake is van misbruik van de onderzoeksbevoegdheid door de verzekeraar, indien tegen beter weten in met onnodig of onjuist onderzoek wordt voortgegaan en de verzekeraar op basis daarvan uitkering weigert en zij daarbij moedwillig het belang van de andere partij uit het oog verliest. De maatschap
[eisers]
heeft niet gesteld dat dit hier het geval is. Slechts een verschil van inzicht tussen partijen over het al dan niet verlenen van dekking, waarbij achteraf blijkt dat dit onterecht is geweigerd door de verzekeraar, is onvoldoende om artikel 6:119 BW opzij te zetten.
4.11.
Hetgeen hiervoor is overwogen gaat ook op voor de door de maatschap
[eisers]
gevorderde verklaring voor recht onder 3.1.III., inhoudende dat Delta Lloyd verplicht is om de schade te vergoeden die de maatschap
[eisers]
geleden heeft en zal lijden, bestaande uit de minderopbrengst van de SDE subsidie. Ook hiervoor geldt dat de schade als gevolg van de vertraging in de voldoening van een geldsom, de verzekeringsuitkering, uitsluitend bestaat uit wettelijke rente ex art. 6:119 BW. De maatschap
[eisers]
heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd op grond waarvan afwijking van het uitgangspunt gerechtvaardigd is.
4.12.
De onder 3.1.II. en onder 3.1.III. gevorderde verklaringen voor recht zijn dan ook niet toewijsbaar.
Buitengerechtelijke incassokosten
4.13.
De maatschap
[eisers]
maakt aanspraak op de vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De rechtbank stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing is nu het verzuim na 1 juli 2012 is ingetreden en dat de maatschap
[eisers]
voldoende heeft gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. Zij heeft immers bij e-mail 9 maart 2017 een sommatie verstuurd. Nu de vorderingen verklaringen voor recht betreffen, welke van onbepaalde waarde zijn, zal de rechtbank conform het Besluit een bedrag van € 925,00 aan buitengerechtelijke kosten toewijzen.
4.14.
Delta Lloyd zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de maatschap
[eisers]
worden begroot op:
- dagvaarding € 84,92
- griffierecht € 618,00
- salaris advocaat € 1.086,00 (2,0 punt × tarief II € 543,00)
Totaal € 1.788,92
4.15.
Delta Lloyd zal tevens worden veroordeeld in de nakosten op de hierna te vermelden wijze.
De rechtbank
5.1.
verklaart voor recht dat Delta Lloyd verplicht is om uit hoofde van de verzekeringsovereenkomst de door de maatschap
[eisers]
geleden schade aan de zonnepanelen te vergoeden,
5.2.
veroordeelt Delta Lloyd in de proceskosten, aan de zijde van de maatschap
[eisers]
tot op heden begroot op € 1.788,92,
5.3.
veroordeelt Delta Lloyd in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 157,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Delta Lloyd niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Singeling, rechter, bijgestaan door mr. P. Palanciyan, griffier en in het openbaar uitgesproken op 4 juli 2018.