Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de vonnissen in de zaak C/01/276020/ HA ZA 14-200 van de rechtbank Oost-Brabant van 9 juli 2014, 15 oktober 2014, 12 augustus 2015, 25 mei 2016, 12 juli 2017, 24 januari 2018, 6 juni 2018 en 4 december 2019;
b. het arrest in de zaak 200.277.427/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 juni 2021.
[eiseres]
heeft tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld.
IFF c.s. hebben een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, en voor
[eiseres]
mede door L.A. Burwick.
De conclusie van de advocaat-generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot vernietiging en verwijzing van het cassatieberoep.
De advocaten van partijen hebben schriftelijk op die conclusie gereageerd.