Rechtbank Den Haag, voorlopige voorziening vreemdelingenrecht

ECLI:NL:RBDHA:2025:21142

Op 21 October 2025 heeft de Rechtbank Den Haag een voorlopige voorziening procedure behandeld op het gebied van vreemdelingenrecht, wat onderdeel is van het bestuursrecht. Het zaaknummer is NL24.45510, bekend onder identificatienummer ECLI:NL:RBDHA:2025:21142. De plaats van zitting was Utrecht.

Soort procedure:
Instantie:
Zaaknummer(s):
NL24.45510
Datum uitspraak:
21 October 2025
Datum publicatie:
11 November 2025

Indicatie

Plak-VoVo bij NL24.45509. Verzoek afgewezen omdat gelijktijdig op beroep is beslist.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL24.45510

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. D. van Elp),

en

de Minister van Asiel en Migratie, verweerder (gemachtigde: mr. I.A.G. Lodders).

Procesverloop

Procesverloop

Met het besluit van 31 mei 2023 (het primaire besluit) heeft de minister het EU- verblijfsrecht van verzoeker beƫindigd, hem ongewenst verklaard en bepaald dat hij Nederland meteen moet verlaten. Met het besluit van 22 oktober 2024 (het bestreden besluit) heeft de minister het bezwaar van verzoeker tegen het primaire besluit ongegrond verklaard.

Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Verzoeker is wegens betalingsonmacht vrijgesteld van de verplichting om griffierecht te betalen.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL24.45509, op 3 juli 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker en zijn gemachtigde,

R.M. van Velsen als tolk en de gemachtigde van verweerder.

Overwegingen

1. Verzoeker is van Letse nationaliteit en is geboren op [geboortedatum] 1996.

2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL25.45509, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.

3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Deze uitspraak is gedaan door mr. C.M. Dijksterhuis, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.M.A.F.C. Lienaerts, griffier.

Uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:

21 oktober 2025

Documentcode: [Documentcode]
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.