Zoeken naar rechterlijke uitspraken en jurisprudentie

Via Uitspraken.nl kunt u eenvoudig zoeken in onze online uitspraken databank door het invoeren van één of meerdere trefwoorden. Het is uiteraard ook mogelijk om te zoeken op wetsartikelen, zaaknummer, ECLI nummer of het oude LJN nummer.

Kort geding Civiel recht overig

23 augustus 2024
ECLI:NL:RBMNE:2024:5077

Op 23 augustus 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland een kort geding procedure behandeld op het gebied van civiel recht. Het zaaknummer is C/16/579614 / KG ZA 24-417, bekend onder ECLI code ECLI:NL:RBMNE:2024:5077. De plaats van zitting was Utrecht. De betrokken advocaat was mr. P.P.J. van der Rijt te Houten..

Soort procedure
Zaaknummer(s)
C/16/579614 / KG ZA 24-417
Datum uitspraak
23 augustus 2024
Datum gepubliceerd
23 augustus 2024
Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland

Civiel recht

Zittingsplaats Utrecht

Zaaknummer: C/16/579614 / KG ZA 24-417

Vonnis in kort geding van 23 augustus 2024

in de zaak van

1
BEATRIXTHEATER B.V.,

gevestigd te Amsterdam, 2.

[eiseres sub 2]
B.V.,

gevestigd te

[vestigingsplaats 1]
, 3.
[eiseres sub 3]
B.V.
,

gevestigd te

[vestigingsplaats 1]
, 4.
[eiseres sub 4]
B.V.
,

gevestigd te

[vestigingsplaats 1]
, 5.
[eiseres sub 5]
B.V.
,

gevestigd te

[vestigingsplaats 2]
, 6.
[eiseres sub 6]
B.V.
,

gevestigd te

[vestigingsplaats 2]
, 7.
[eiseres sub 7]
B.V.
,

gevestigd te

[vestigingsplaats 2]
,

eisende partijen,

hierna samen te noemen: Beatrixtheater c.s. en eisende partij 1: Beatrixtheater, eisende partijen 2 tot en met 4:

[eiseres sub 2]
, eisende partijen 5 tot en met 7:
[eiseres sub 5]
,

advocaten: mr. C. Kniested en mr. J.A. Gijsbers te Amsterdam,

tegen

[gedaagde]
B.V.,

gevestigd te

[vestigingsplaats 2]
,

gedaagde partij,

hierna te noemen:

[gedaagde]
,

advocaat: mr. P.P.J. van der Rijt te Houten.

1
De procedure

1.1.

De voorzieningenrechter beschikt over de volgende stukken:

- de dagvaarding van 13 augustus 2024 met producties 1 tot en met 12

- de door Beatrixtheater c.s. op 15 augustus 2024 ingediende producties 13 tot en met 21

- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 13

- de door

[gedaagde]
op 19 augustus 2024 ingediende producties 14 en 15

- de door Beatrixtheater c.s. op 19 augustus 2024 ingediende uitspraak van de bestuursrechter van 19 augustus 2024.

1.2.

Op 19 augustus 2024 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. Daarbij zijn verschenen:

- de heer

[A]
, bij
[eiseres sub 2]
werkzaam als algemeen directeur

- de heer

[B]
, bij
[onderneming]
B.V. werkzaam als geluidsdeskundige

- de heer

[C]
, bij
[eiseres sub 5]
werkzaam als lid van de directie

- mevrouw

[D]
, bij
[eiseres sub 5]
werkzaam als hoofd legal

- mevrouw

[E]
, bij
[eiseres sub 2]
Entertainment werkzaam als hoofd legal

- mr. Kniested

- mr. Gijsbers

- de heer

[F]
, bij
[gedaagde]
werkzaam als directeur

- mr. van der Rijt.

Partijen hebben hun standpunten verder toegelicht en door

[gedaagde]
is een pleitnota overgelegd. Partijen hebben vragen van de rechter beantwoord en op elkaar kunnen reageren. Omdat partijen er niet samen uit konden komen, heeft de voorzieningenrechter aangekondigd heden uitspraak te zullen doen.

2
De kern van de zaak

2.1.

Beatrixtheater c.s. zal vanaf september 2024 tot eind 2025 de musical “Moulin Rouge!” uitvoeren in het Beatrix Theater. Zij vreest dat het succes van deze musical en van enkele andere evenementen in de

[eiseres sub 5]
in gevaar zal komen vanwege de geluidsoverlast van een door
[gedaagde]
georganiseerd sportevenement met een reeks concerten op het Jaarbeursplein, pal voor het Beatrix Theater.
[gedaagde]
heeft hiervoor een vergunning gekregen van de gemeente.

2.2.

Beatrixtheater c.s. heeft parallel aan de onderhavige procedure de bestuursrechter van deze rechtbank gevraagd om bij wijze van voorlopige voorziening de geluidsnormen in de op 9 augustus 2024 verleende evenementenvergunning voor het sportevenement en de concerten verder aan te scherpen. Op 19 augustus 2024, enkele uren voor de mondelinge behandeling in dit kort geding, heeft de bestuursrechter deze voorzieningen gedeeltelijk toegewezen, door geluidsvoorschriften van de evenementenvergunning als volgt aan te passen:

Deze norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt voor de volgende dagen en tijden:

Zaterdag 7 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur of

Zondag 8 september 2024 van 13:00 uur tot 23:00 uur.

Maximaal op twee van onderstaande vier dagen :

Woensdag 11 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur

Donderdag 12 september 2024 van 11 :00 uur tot 23:00 uur

Vrijdag 13 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur

Zaterdag 14 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur

Deze norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt voor:

? Zondag 15 september 2024 van 13:00 uur tot 23:00 uur

[gedaagde]
kiest de dagen waarop de norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt en informeert de burgemeester en verzoekers daarover vóór zaterdag 23 augustus 2024.

Voor de dagen waarop de norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) niet zal gelden, dient het volume beperkt te blijven tot maximaal 72 dB(A) Leq en 83 dB(C) Leq te meten op de gevel van het Beatrixgebouw.

2.3.

Dat is een aanscherping van de geluidsnormen, met name omdat moet worden gemeten op de gevel van het Beatrix Theater, en niet, zoals in de evenementenvergunning was bepaald, op de dichtstbijzijnde geluidsgevoelige gevel (volgens de gemeente die van een woning). Ook geldt de (minder strenge) norm van 80 dB(A) en 95 dB(C) slechts drie dagen in plaats van de aanvankelijk vergunde zeven. Voor

[gedaagde]
betekenen deze aangescherpte vergunningsvoorwaarden dat zij slechts op twee dagen concerten kan geven, in plaats van vijf. Beatrixtheater c.s. zal als gevolg van de uitspraak bij drie van de zeven geplande try-outs rekening moeten houden met ernstige geluidshinder, omdat immers op drie dagen de minder strenge geluidsnorm van 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt.

2.4.

Volgens Beatrixtheater c.s. handelt

[gedaagde]
onrechtmatig als zij de concerten en het sportevenement laat doorgaan, ook als zij daarbij de aangescherpte geluidsnormen in acht neemt. Zij vordert in deze procedure – samengevat – dat de voorzieningenrechter
[gedaagde]
:

verbiedt om concerten van 11 tot en met 15 september 2024 ten uitvoer te brengen;

gebiedt om zodanige maatregelen te nemen dat wordt voldaan aan de strengere geluidsnorm, ook gedurende de drie concertdagen, (subsidiair: gedurende voorstellingen van de musical);

gebiedt om te zorgen dat de afbouw en schoonmaak op het Jaarbeursplein op 19 september 2024 (de dag van de première) vóór 16:00 uur is afgerond;

verbiedt om tijdens de première afbouw en schoonmaakwerkzaamheden te verrichten; en

gebied om de geluidsniveaus te laten monitoren en Beatrixtheater c.s. inzage te geven in de resultaten daarvan;

met dwangsommen, kosten en uitvoerbaar bij voorraadverklaring.

2.5.

De voorzieningenrechter wijst de vorderingen af. Het is vaste rechtspraak dat vergunninghouder in beginsel mag handelen conform de gegeven publiekrechtelijke vergunning, tenzij het aan de vergunninghouder duidelijk moet zijn dat, gelet op de belangen van derden, de vergunningverlenende instantie niet in redelijkheid tot de in de vergunning neergelegde beslissing had kunnen komen. De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat die belangen van Beatrixtheater c.s. voldoende zijn meegewogen bij de vaststelling van de door de bestuursrechter aangescherpte geluidnormen. Dat de bestuursrechter niet in redelijkheid tot die geluidsnormen heeft kunnen komen is dan ook onvoldoende aannemelijk. Beatrixtheater c.s. moet een proceskostenvergoeding aan

[gedaagde]
betalen. Dit oordeel wordt hierna toegelicht.

3
De beoordeling

Beatrixtheater c.s. vreest met name voor zeven try-outs en voor de première

3.1.

Het sportevenement en de concerten van

[gedaagde]
vinden plaats in de periode van 21 augustus tot en met woensdag 18 september 2024. Dat is volgens Beatrixtheater c.s. juist in de periode die in hoge mate bepalend zal zijn voor het succes van de musical omdat dan tien try-outs zijn gepland. Bij zeven daarvan vreest Beatrixtheater c.s. ernstige geluidshinder, namelijk zaterdag 7 en zondag 8 september 2024 (alleen sportwedstrijden) en woensdag 11 september tot en met zondag 15 september 2024 (de vijf concertdagen). Het belang van die try-outs is volgens Beatrixtheater c.s. moeilijk te overschatten. Het zijn – anders dan de benaming wellicht suggereert – betaalde voorstellingen, er zijn al veel kaarten verkocht en de publieksreacties tijdens try-outs kunnen aanleiding zijn voor ingrijpende aanpassingen. Zij betoogt dat als de tien geplande tryouts niet zonder verstoringen plaatsvinden, de productie bij de premièrevoorstelling niet op het gewenste niveau zal zijn.

3.2.

De première van de musical vindt plaats op donderdag 19 september 2024 vanaf 18:00 uur. Dan zijn er weliswaar geen sportwedstrijden of concerten meer, maar de dag ervoor zijn er nog sportwedstrijden voor dak- en thuislozen en andere kwetsbare doelgroepen. Beatrixtheater c.s. vreest dat de première in het water zal vallen omdat

[gedaagde]
op 19 september 2024 nog tot in de avond bezig zal zijn met de afbouw en schoonmaak van het Jaarbeursplein. Dat zal volgens haar ten koste gaan van de premièreonderdelen die buiten op het Jaarbeursplein zullen plaatsvinden. Een daarvan is de Starwalk waarbij voor de ingang van het Beatrix Theater een grote rode loper komt te liggen waar fotografen en journalisten foto’s kunnen maken en interviews afnemen.

Het gaat om een spoedeisende zaak

3.3.

Het gaat hier om een in kort geding gevorderde voorlopige voorziening. De rechter moet daarom eerst beoordelen of Beatrixtheater c.s. ten tijde van dit vonnis bij een spoedeisend belang heeft bij de gevorderde voorzieningen. Dit spoedeisend belang is voldoende onderbouwd met de door partijen geschetste tijdlijnen voor de musical, het sportevenement en de concerten. De repetities voor de musical in het Beatrix Theater zijn inmiddels al begonnen, de generale repetitie is op 6 september 2024, de eerste van de tien try-outs is op 7 september 2024 en de première is op donderdag 19 september 2024.

[gedaagde]
was ten tijde van de mondelinge behandeling al begonnen met de opbouwwerkzaamheden op het Jaarbeursplein, vanaf 22 augustus 2024 vinden al sportwedstrijden plaats en de eerste concertavond staat gepland op 11 september 2024. Van Beatrixtheater c.s. kan dan ook niet worden verwacht dat zij de uitkomst van een bodemprocedure afwacht.

Onvoldoende kans op toewijzing door de bodemrechter

3.4.

De rechter moet in dit kort geding beoordelen of de vorderingen in de bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de voorlopige voorziening gerechtvaardigd is.

3.5.

Beatrixtheater c.s. betoogt in de kern dat het sportevenement en de concerten onrechtmatige geluidshinder zullen opleveren, ook als daarbij de aangescherpte geluidsnormen in de bestuursrechtelijke voorlopige voorziening in acht worden genomen. Zij heeft daarbij als vertrekpunt genomen dat ook als een vergunninghouder handelt conform de geluidsnormen in de verkregen vergunning, er toch sprake kan zijn van onrechtmatige geluidshinder. Dat kan echter alleen als het die vergunningshouder,

[gedaagde]
dus, duidelijk moet zijn dat de burgemeester, met het oog op het nadeel dat voor Beatrixtheater c.s. dreigt, niet in redelijkheid tot de in de vergunning neergelegde beslissing had kunnen komen (zie: HR 14 juni 1963, ECLI:NL:HR:1963:AC3603).

3.6.

In dit geval is na de vergunningverlening is nog een bestuursrechtelijke voorlopige voorziening gegeven waarbij na een belangenafweging de geluidsnormen verder zijn aangescherpt. Voor zover Beatrixtheater c.s. betoogt dat de bestuursrechter ook bij die beslissing gelet op haar belangen in redelijkheid niet tot deze voorlopige voorziening heeft kunnen komen, faalt het. Beatrixtheater c.s. heeft voorafgaand aan de vergunningverlening zienswijzen ingediend, waarin zij hebben uiteengezet welke nadelige gevolgen zij verwacht als de evenementenvergunning wordt verleend. Ook in de procedure over de bestuursrechtelijke voorlopige voorziening heeft zij die nadelige gevolgen opnieuw naar voren gebracht, grotendeels in dezelfde bewoordingen als in dit civielrechtelijke kort geding. De bestuursrechter heeft in de uitspraak van 19 augustus 2024 de belangen van Beatrixtheater c.s. en

[gedaagde]
en de gemeente afgewogen en heeft beslist om de geluidsnormen verder aan te scherpen. Het is dan ook niet aannemelijk dat de bestuursrechter, gelet op de belangen van Beatrixtheater c.s., niet in redelijkheid tot de geluidsnormen in de voorlopige voorziening heeft kunnen beslissen.

3.7.

Beatrixtheater c.s. vordert ook om

[gedaagde]
te gebieden om te zorgen dat de afbouw en schoonmaak op het Jaarbeursplein op 19 september 2024 is afgerond om 16:00 (twee uur voor de première) en te verbieden om die dag na 16:00 uur nog afbouw- en schoonmaakwerkzaamheden te verrichten.
[gedaagde]
heeft in haar conclusie van antwoord en ter zitting toegezegd dat tijdens de première voor het Beatrix Theater ruimte zal worden vrijgelaten voor de Starwalk (namelijk: een strook van circa 25 meter met in het midden de deuren van het theater, die aan de ene zijde circa 10,5 meter breed is en aan de andere zijde 16 meter breed) en dat zij bereid is om in overleg de werkzaamheden tijdens de aankomst van de gasten te staken. Tegen die achtergrond is de voorzieningenrechter van oordeel dat Beatrixtheater c.s. onvoldoende heeft onderbouwd dat zij onrechtmatige hinder zal ondervinden tijdens de première van de musical. De rechter zal dan ook dit deel van de vordering afwijzen.

3.8.

De slotsom is dat de gevraagde voorzieningen worden afgewezen.

Beatrixtheater c.s. moet een proceskostenvergoeding aan

[gedaagde]
betalen

3.9.

Beatrixtheater c.s. is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van

[gedaagde]
worden begroot op:

- griffierecht

688,00

- salaris advocaat

1.107,00

- nakosten

178,00

(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)

Totaal

1.973,00

3.10.

De veroordeling wordt hoofdelijk uitgesproken. Dat betekent dat iedere veroordeelde kan worden gedwongen het hele bedrag te betalen. Als de één (een deel) betaalt, hoeft de ander dat (deel van het) bedrag niet meer te betalen.

4
De beslissing

De voorzieningenrechter

4.1.

wijst de vorderingen van Beatrixtheater c.s. af,

4.2.

veroordeelt Beatrixtheater c.s. hoofdelijk in de proceskosten van € 1.973,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als Beatrixtheater c.s. niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,

4.3.

verklaart dit vonnis wat betreft de onder 4.2 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad.

Dit vonnis is gewezen door mr. K.G.F. van der Kraats en bij haar afwezigheid in het openbaar uitgesproken door mr. R.J. Praamstra op 23 augustus 2024.

JO/4972

Zie ook

Oozo.nl
Weten wat er in jouw buurt of straat gebeurt?
FaillissementsDossier.nl
Alle faillissementen en surseances in Nederland
FaillissementsDossier.be
Alle faillissementen en opschortingen in België
ProcedureCollective.fr
Alle faillissementen in Frankrijk
DatIsSlimBedacht.nl
Tips - Ideeën - Slimmigheden
  • Uitspraken.nl is een produkt van Binq Media B.V. - Mart Smeetslaan 1, 1217 ZE Hilversum - Kvk nummer 54506158