De rechter in dit gerecht:
verklaart het beroep gegrond, uitsluitend voor wat betreft de heffingsgrondslag en bepaalt dat deze voor alle in geschil zijnde aanslagen wordt verlaagd tot Af I. 139.200,-met een daarmee corresponderend bedrag aan te betalen grondbelasting van Afl. 316,80 per aanslag.
Deze uitspraak is gegeven door mr. G.J. van Muijen, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van 10 juni 2015, in tegenwoordigheid van de griffier M.M.M. Faro MSc.
Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het Hof (art. 17b Landsverordening beroep in
belastingzaken).
Het hoger beroep wordt ingesteld binnen twee maanden na de dag van de toezending van de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg overeenkomstig artikel 14, derde lid. De instelling van het hoger beroep geschiedt door indiening dan wel toezending naar de griffie van het Gerecht van een aan het Hof gericht beroepschrift (art. 17c Landsverordening beroep in belastingzaken).
=BBZ nrs. 70753, 70754, 70755 en 70756 van 2015=