Zoeken naar rechterlijke uitspraken en jurisprudentie

Via Uitspraken.nl kunt u eenvoudig zoeken in onze online uitspraken databank door het invoeren van één of meerdere trefwoorden. Het is uiteraard ook mogelijk om te zoeken op wetsartikelen, zaaknummer, ECLI nummer of het oude LJN nummer.

Hoger beroep Personen- en familierecht

29 november 2016
ECLI:NL:GHARL:2016:9717

Op 29 november 2016 heeft de Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden een hoger beroep procedure behandeld op het gebied van personen- en familierecht, wat onderdeel is van het civiel recht. Het zaaknummer is 200.191.142/01, bekend onder ECLI code ECLI:NL:GHARL:2016:9717. De plaats van zitting was Leeuwarden. De betrokken advocaten waren mr. M Erik te Dordrecht en mr. P.C. Smit te Utrecht .

Soort procedure
Zaaknummer(s)
200.191.142/01
Datum uitspraak
29 november 2016
Datum gepubliceerd
5 december 2016
Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Leeuwarden

afdeling civiel recht

zaaknummer gerechtshof 200.191.142/01

(zaaknummer rechtbank C/08/180881 / FA RK 15-3118)

beschikking van 29 november 2016

inzake

[verzoeker]
,

woonplaats kiezende ten kantore van zijn advocaat,

verzoeker in hoger beroep,

verder te noemen: de man,advocaat: mr. M. Erik te Dordrecht,

en

[verweerster]
,

wonende op een geheim adres,

verweerster in hoger beroep,verder te noemen: de vrouw,

advocaat: mr. P.C. Smit te Utrecht.

1
Het verloop van het geding in hoger beroep
1.1

Voor het verloop van het geding tot 30 augustus 2016 verwijst het hof naar zijn tussenbeschikking van die datum waarbij tot bijzondere curator is benoemd

[A]
.

1.3

Op 5 september 2016 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. De man is verschenen bijgestaan door zijn advocaat en een beëdigd tolk in de Turkse Taal de heer

[B]
. Namens de vrouw is mr. Smit verschenen. Namens de raad voor de kinderbescherming (verder: de raad) is de heer
[C]
verschenen. Voorts is verschenen de bijzondere curator.

1.2

Het verdere verloop van het geding blijkt uit:

- een brief van de bijzondere curator van 26 september 2016 en haar verslag van 26 september 2016;

- een journaalbericht van mr. Smit van 19 oktober 2016;

- een journaalbericht van mr. Erik van 28 oktober 2016 met bijlage;

- een journaalbericht van mr. Erik van 4 november 2016.

1.4

Omdat de bijzondere curator meermalen met

[de minderjarige]
heeft gesproken over onderstaand verzoek van de man en een weergave daarvan deel uitmaakt van het dossier, heeft het hof aanleiding gezien om - zoals
[de minderjarige]
wenst - een kindgesprek met haar achterwege te laten.

2
De motivering van de beslissing

2.1

[de minderjarige]
is geboren uit het huwelijk van de man en de vrouw. Het huwelijk van partijen is
[in]
2007 ontbonden. Bij beschikking van de rechtbank Amsterdam van 24 maart 2010 is de vrouw belast met het eenhoofdig gezag over
[de minderjarige]
en is de man het recht op omgang met
[de minderjarige]
voor onbepaalde tijd ontzegd. De man heeft in zijn inleidend verzoek verzocht om de ontzegging op te heffen en een omgangsregeling tussen hem en
[de minderjarige]
vast te stellen. De rechtbank heeft die verzoeken in de bestreden beschikking afgewezen. De man heeft van die beschikking geappelleerd.

2.2

In deze zaak is in geschil of het op dit moment in het belang van

[de minderjarige]
moet worden geacht dat zij weer enige vorm van contact met de man zal hebben. Het hof heeft( ) in de (tussen)beschikking van 30 augustus 2016 de bijzondere curator onder meer verzocht daarover gesprekken te voeren met
[de minderjarige]
en over haar bevindingen te rapporteren voor 27 september 2016. Dat heeft zij gedaan en partijen hebben daarop gereageerd.

2.3

Zoals het hof reeds heeft overwogen in de tussenbeschikking is

[de minderjarige]
op 16 augustus 2009 getuige geweest van het neersteken van haar moeder en stiefvader door de man, ten gevolge waarvan haar stiefvader, tevens de vader van haar halfbroertje, is overleden. Dat is uitermate traumatiserend geweest.

[de minderjarige]
heeft in eerste aanleg aan de kinderrechter verteld dat zij vanwege die gebeurtenis nog niet klaar was voor contact met de man. De opdracht van het hof aan de bijzondere curator was gericht op het geven van een stem aan
[de minderjarige]
in die zin dat haar ruimte werd gegeven uitgebreid en in ontspannen sfeer te praten over haar visie en wensen. Dat is gebeurd. De bijzondere curator heeft meermalen alleen met
[de minderjarige]
gesproken waarbij duidelijk is geworden dat voornoemde gebeurtenis voor haar een onoverkomelijke belemmering is om tot contactherstel te komen en haar angst voor de man nog heel reëel is. Ze is, zo heeft ze laten weten, door de gebeurtenissen later tijdens een vakantie in Turkije, waarbij de broer van de man haar wilde meenemen, nog banger geworden. Door het huidige contactverzoek is haar gevoel dat ze niet veilig is versterkt. Angst over de veiligheid van de moeder veroorzaakt daarnaast ook een onzeker en onveilig gevoel bij haar.

[de minderjarige]
volhardt nog steeds in haar mening dat ze geen contact met de man wil, ook al mag het van de vrouw als
[de minderjarige]
dat zou willen.
[de minderjarige]
heeft aangegeven dat de man iets kapot heeft gemaakt en dat hij wat hij gedaan heeft niet kan terugdraaien of anders maken.

[de minderjarige]
heeft verklaard dat ze een normaal leven wil leiden en geen verstoring wil door een vader die steeds vraagt om contact. De verzoeken tot contactherstel verstoren volgens de bijzondere curator haar ontwikkeling naar volwassenheid omdat ze daardoor weer geconfronteerd wordt met de herinneringen, de trauma's en de last die ze voelt van het geheimhouden van het verleden voor anderen. Zoals de bijzondere curator heeft geadviseerd is het ondanks de mogelijke voordelen van contactherstel en een eventueel slachtoffer-dadergesprek, op dit moment en de komende jaren (naar het hof begrijpt) meer in het belang van
[de minderjarige]
dat zij de ruimte krijgt haar eigen leven op te bouwen en een stabiele en veilige woon- en leefsituatie te hebben.

2.4

Gelet op voornoemd rapport dat strookt met het standpunt dat

[de minderjarige]
bij de kinderrechter kenbaar heeft gemaakt, vindt het hof geen aanleiding om, zoals de man beweert, te veronderstellen dat de mening van
[de minderjarige]
niet authentiek is, ook als er mogelijk een mate van loyaliteit naar haar moeder meespeelt, wat gelet op hetgeen haar moeder is overkomen door toedoen van de man ook niet onbegrijpelijk is. Het rapport van de bijzondere curator geeft voldoende aanknopingspunten om aan te nemen dat de mening van
[de minderjarige]
uit haarzelf komt. De bijzondere curator heeft met
[de minderjarige]
gesproken op een neutrale locatie, waarbij verder niemand aanwezig was.
[de minderjarige]
heeft de voor- en nadelen van contactherstel zorgvuldig overwogen, aldus de bijzondere curator. Haar stelling dat ze geen contact wil met de man heeft ze helder beargumenteerd. Ze heeft dat gedaan met de nodige zelfreflectie. Uit het rapport maakt het hof op dat
[de minderjarige]
communicatief vaardig is en ook ten aanzien van alledaagse onderwerpen mondig is. Anders dan de man stelt is daarom voldoende duidelijk dat
[de minderjarige]
zelf contactherstel afwijst.

2.5

De man heeft verzocht om een aanvullend onderzoek te gelasten en om de zaak wederom ter zitting te behandelen.

Het hof acht zich op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting evenwel voldoende geïnformeerd om een verantwoorde beslissing te kunnen nemen, zodat geen noodzaak bestaat om een nader onderzoek te gelasten of nogmaals een zitting te bepalen. Het belang van

[de minderjarige]
verzet zich bovendien tegen een nader onderzoek en (daartoe) weer verder aanhouden van deze zaak, vanwege de onrust en spanning die daarmee gepaard gaat, terwijl zij vanwege haar belaste voorgeschiedenis juist een dringende behoefte aan rust, stabiliteit en veiligheid heeft.

2.6

Het hof begrijpt dat de man nog steeds de wens heeft weer contact te krijgen met

[de minderjarige]
maar voor het hof staat het belang van
[de minderjarige]
voorop. Voor
[de minderjarige]
is nu belangrijk haar energie te gebruiken voor haar verdere ontwikkeling en rust te hebben daarbij. Ook is voor haar van belang dat de man de wens van
[de minderjarige]
serieus neemt en respecteert en geduld in acht neemt, omdat ze verklaart dat wanneer zij in de toekomst wel contact zou wensen ze dat zal aangeven.

De man zegt te begrijpen wat

[de minderjarige]
heeft meegemaakt, maar het hof mist - evenals de raad - aanwijzingen waaruit kan worden afgeleid dat hij zich (voldoende) kan inleven in en begrip heeft voor de situatie en gevoelens van
[de minderjarige]
. Het hof betwijfelt of de man bereid is haar de ruimte en rust te bieden die zij nodig heeft voor de verwerking van de ingrijpende gebeurtenissen en de gevolgen daarvan. Dat vormt een contra-indicatie voor contactherstel.

2.7

Weliswaar is het recht op omgang tussen ouder en kind een fundamenteel recht en dient (ook) de rechter zich daarvoor in te spannen, maar het hof is gelet op het bovenstaande van oordeel dat er hier sprake is van de ontzeggingsgronden als bedoeld in artikel 1: 377a lid 3 sub a en c. Het hof laat daarbij in het midden of de vrees voor eerwraak aannemelijk is gemaakt of niet, zoals de man heeft aangevoerd.

2.8

Ten slotte overweegt het hof dat een ontzegging van de omgang zonder daarbij een duur te bepalen geoorloofd is wanneer een ouder niet met het gezag is belast, zoals voor de man geldt. Gelet op het voorgaande zal het hof de ontzegging van het recht op omgang, evenals de rechtbank, in stand laten. De man kan ingeval van wijziging van omstandigheden in de toekomst over een jaar na heden een nieuw verzoek indienen. Het hof acht het geraden dat de man daarbij de wens van

[de minderjarige]
zal respecteren en het initiatief tot contact bij haar zal laten.

2.9

Op grond van het vorenstaande zal het hof de bestreden beschikking bekrachtigen.

3. De beslissing

Het gerechtshof:

Het hof, beschikkende in hoger beroep:

bekrachtigt de beschikking van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, van 25 februari 2016;

wijst het meer of anders verzochte af.

Deze beschikking is gegeven door mrs. J.G. Idsardi, E.B.E.M. Rikaart-Gerard en H.J. de Ruijter en is op 29 november 2016 uitgesproken in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier.

Zie ook

Oozo.nl
Weten wat er in jouw buurt of straat gebeurt?
FaillissementsDossier.nl
Alle faillissementen en surseances in Nederland
FaillissementsDossier.be
Alle faillissementen en opschortingen in België
ProcedureCollective.fr
Alle faillissementen in Frankrijk
DatIsSlimBedacht.nl
Tips - Ideeën - Slimmigheden
  • Uitspraken.nl is een produkt van Binq Media B.V. - Mart Smeetslaan 1, 1217 ZE Hilversum - Kvk nummer 54506158