3.4.3.
(…)
Event of Default: the following situations result in an event of default, except with the prior written consent of the Lender Majority
(…)
ii) if the Borrower and/or the Company [ [holding] – toevoeging hof] is declared bankrupt (in Dutch: faillissement), files a petition for the suspension of payment (in Dutch: surseance van betaling), files for its own bankruptcy (in Dutch: eigen aanvraag faillissement) or is subject to other insolvency proceedings, or
(…)”
Daarmee is de door [appellante] aan [verweerster] verstrekte lening in ieder geval opeisbaar geworden gezien artikel 7 van de CLA (“Upon the occurrence of an Event of Default, at the first written notification by the Lender, the Loan shall become fully and immediately due and payable”). Dat partijen expliciet een insolvency event met betrekking tot [holding] als Event of Default onder de CLA zijn overeengekomen, is overigens ook door [verweerster] aangegeven in haar verweerschrift in eerste aanleg onder punt 14.
Daarbij komt dat door [appellante] bij gelegenheid van de mondelinge behandeling in hoger beroep naar voren is gebracht dat de eerstvolgende door [verweerster] verschuldigde rentebetaling inmiddels daadwerkelijk onbetaald is gebleven. Op grond van artikel 3.2 van de CLA (“The Interest shall be payable within 20 Business Days after the end of each quarter”) had de rentebetaling namelijk op 28 april 2023 betaald moeten worden.
Het hof is dan ook van oordeel dat het bestaan van een opeisbare vordering van [appellante] op [verweerster] (summierlijk) aannemelijk is. De grieven van [appellante] over schending van de artikelen 8 (c) (informatieplicht) en 9.1 (b) (het stopzetten van (een deel van) de business) als gevolg waarvan sprake is van een Event of Default kan gezien het voorgaande naar het oordeel van het hof onbesproken worden gelaten (evenals de verweren hierover van [verweerster] in eerste aanleg). De devolutieve werking van het appel brengt mee dat het hof de in eerste aanleg verworpen en/of niet behandelde verweren die in hoger beroep niet zijn prijsgegeven, opnieuw – voor zover van belang – dient te beoordelen. In het hiernavolgende komt dit aan de orde.