Hoge Raad, cassatie belastingrecht

ECLI:NL:HR:2013:932

Op 11 October 2013 heeft de Hoge Raad een cassatie procedure behandeld op het gebied van belastingrecht, wat onderdeel is van het bestuursrecht. Het zaaknummer is 13/02934, bekend onder identificatienummer ECLI:NL:HR:2013:932.

Soort procedure:
Instantie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer(s):
13/02934
Datum uitspraak:
11 October 2013
Datum publicatie:
14 October 2013

Indicatie

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Uitspraak

11 oktober 2013

nr. 13/02934

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 25 april 2013, nr. 11/00835, betreffende de aan belanghebbende over de periode 30 oktober 2009 tot en met 30 maart 2010 opgelegde naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting, alsmede de daarbij bij beschikking opgelegde boete.

Overwegingen

1
Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij aangetekende brief van 18 juli 2013 gewezen op de verschuldigdheid van griffierecht en voor de betaling een termijn van vier weken gesteld. Deze brief is wegens onbestelbaarheid teruggezonden aan de Hoge Raad, waarna adresverificatie heeft plaatsgevonden en het stuk bij gewone brief is verzonden naar het adres van belanghebbende. Het griffierecht is niet voldaan.

De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij aangetekende brief van 19 augustus 2013, die volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL is afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres, in de gelegenheid gesteld mee te delen waarom het griffierecht niet tijdig is betaald. Belanghebbende heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt.

Het beroep in cassatie moet op grond van artikel 8:41, lid 6, Awb derhalve niet-ontvankelijk worden verklaard.

2
Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

Beslissing

3
Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren R.J. Koopman en L.F. van Kalmthout, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 11 oktober 2013.