In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
(i) De werknemer is in 2016 bij de werkgever in dienst getreden op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
(ii) Op 18 oktober 2018 heeft de werknemer zich ziek gemeld, waarna de werkgever is gestopt met het betalen van het salaris.
(iii) In een brief van 21 december 2018 (hierna: de brief) met als kop de tekst “Ontslag wegens sluiting [naam werkgever]”, heeft de werkgever aan de werknemer geschreven:
“De tweede helft van het jaar zijn er nauwelijks nog werken geweest op Nederlandse bodem.
Ook voor de komende maanden zijn er geen nieuwe contracten.
Om een bloedbad te vermijden, heb ik beslist om [naam werkgever] te sluiten.
Dit impliceert dat onze huidige arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang definitief zal worden verbroken.
Om de impact hiervan op U en andere medewerkers, tewerkgesteld bij [naam werkgever], te vermijden, biedt [naam werkgever] een contract aan met behoud van huidig loon.
U dient wel fulltime vanuit Gent te werken.
Mocht de afstand een bezwaar zijn, dan wens ik u te danken voor de inzet en maak ik graag een aanbevelingsbrief voor U op.
Ik hoop echter dat U ingaat op mijn aanbod.”