De kantonrechter heeft de vorderingen afgewezen. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd. (Voetnoot 1) Het heeft onder meer als volgt overwogen:
“3.15 Op grond van de (…) jurisprudentie van de Hoge Raad is om te beginnen vereist dat [de tussenpersoon] een gepersonaliseerde aanbeveling heeft gedaan aan [de afnemer] voordat Aegon volledig aansprakelijk kan worden gesteld voor de geleden schade. Voor die beoordeling is relevant of [de tussenpersoon] heeft geïnformeerd naar de financiële situatie van [de afnemer], of [de tussenpersoon] ook andere effectenleaseproducten heeft genoemd en besproken en of [de tussenpersoon] een ander financieel product, zoals een hypothecaire lening, heeft geadviseerd. [de afnemer] heeft op zitting nog verklaard dat hij wel degelijk is geadviseerd, dat [de tussenpersoon] hem thuis heeft bezocht en dat het product niet zomaar uit de lucht is komen te vallen. Voor de beoordeling of een gepersonaliseerd beleggingsadvies is gegeven is echter meer nodig dan het afleggen van een bezoek en het aanprijzen van een financieel product. Met andere woorden, ook als aangenomen wordt dat [de tussenpersoon] bij [de afnemer] thuis is geweest en heeft gesproken over Sprintplan, wat het hof wel wil aannemen, dan leidt dat niet noodzakelijkerwijze tot het oordeel dat [de afnemer] een gepersonaliseerd beleggingsadvies heeft ontvangen.
[de afnemer] heeft ten aanzien van het geven van gepersonaliseerd beleggingsadvies volstaan met de blote stelling dat [de tussenpersoon] heeft geïnformeerd naar de financiële situatie van [de afnemer]. Hij heeft dit standpunt naar het oordeel van het hof onvoldoende onderbouwd. [de afnemer] heeft bijvoorbeeld niet gesteld dat [de tussenpersoon] inzage heeft gevraagd of heeft gekregen in het inkomen van [de afnemer], dat [de tussenpersoon] heeft gevraagd naar de waarde van de woning of naar de financiële wensen van [de afnemer]. De stellingen dat [de tussenpersoon] berekeningen heeft gemaakt tijdens het gesprek en dat [de tussenpersoon] speciaal zou zijn opgericht om het product Aegon Spaarbeleg SprintPlan te adviseren zijn ook onvoldoende onderbouwd. Dat [de tussenpersoon] andere producten heeft genoemd of een hypothecaire lening heeft aanbevolen is niet door [de afnemer] gesteld. Dit betekent dat geen omstandigheden zijn gesteld die het oordeel rechtvaardigen dat [de afnemer] een gepersonaliseerd beleggingsadvies heeft gekregen, althans zijn deze omstandigheden onvoldoende onderbouwd. Omdat [de afnemer] onvoldoende specifieke stellingen heeft ingenomen zal het hof hem niet in staat stellen om nader bewijs te leveren door het horen van [de tussenpersoon].
Wat (de raadsman van) [de afnemer] tijdens de mondelinge behandeling verder naar voren heeft gebracht, heeft het hof niet betrokken bij zijn oordeel. Op grond van de in artikel 347 lid 1 Rv besloten tweeconclusie-regel moeten alle bezwaren tegen het vonnis bij de eerste gelegenheid aangevoerd worden, oftewel in de memorie van grieven. Het is te laat om die stellingen op de mondelinge behandeling naar voren te brengen. Door [de afnemer] zijn geen bijzondere omstandigheden gesteld die een uitzondering op deze strikt te hanteren tweeconclusie-regel rechtvaardigen.”