In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
(i) [verweerster] is een groothandel in import en export van bed- en badtextiel.
(ii) Kayoom houdt zich bezig met de online verkoop van onder meer homedecoratie en textielproducten (onder meer onder de merknaam Kenda Sand) aan consumenten (B2C) en aan professionele wederverkopers (B2B).
(iii) [verweerster] en Kayoom hebben op 29 juli 2019 een raamovereenkomst met elkaar gesloten. In de raamovereenkomst is een boetebeding opgenomen dat ziet op het geval dat [verweerster] de door Kayoom bestelde producten niet tijdig levert.
(iv) Op grond van onder de raamovereenkomst door Kayoom bij [verweerster] geplaatste purchase orders heeft [verweerster] in Pakistan diverse textielproducten laten vervaardigen en laten inpakken onder Kayooms merknaam Kenda Sand.
(v) De eerste bestellingen zijn na enige vertraging en met uitzondering van de badjassen eind februari 2020 vanuit Pakistan aan [verweerster] geleverd en opgeslagen in haar magazijn. Op 12-13 maart 2020 heeft Kayoom 30% van de bestelde producten van [verweerster] ontvangen. Op 2 april 2020 heeft [verweerster] van haar Pakistaanse producent de badjassen ontvangen, waarna [verweerster] op 6 april 2020 aan Kayoom heeft meegedeeld dat zij 30% van dit product klaar had staan voor verzending aan Kayoom.
(vi) Nadien hebben [verweerster] en Kayoom overleg gevoerd over de afwikkeling van de bestellingen:
(a) in mei 2020 hebben partijen gesproken over de gevolgen van corona voor hun business;
(b) in juni 2020 heeft Kayoom aan [verweerster] meegedeeld dat er klachten zijn ontvangen over de kleurbestendigheid na het wassen van de handdoeken;
(c) vanaf juli 2020 heeft [verweerster] Kayoom diverse keren gemaand om meer textielproducten bij [verweerster] af te nemen;
(d) bij e-mail van 8 oktober 2020 heeft Kayoom nog een aantal producten bij [verweerster] afgenomen; daarna is de afname van producten geëindigd;
(e) op 18 december 2020 en 21 januari 2021 heeft [verweerster] Kayoom opnieuw gemaand tot afname van de producten; een voorstel van Kayoom om een regeling te treffen heeft [verweerster] afgewezen;
(f) op 25 januari 2021 heeft Kayoom bij [verweerster] geklaagd over gebreken in de productie, levering en dienstverlening van [verweerster] en heeft zij bericht over het afhandelen van retourzendingen naar aanleiding van klachten van consumenten.
(vii) Kayoom heeft de raamovereenkomst in april 2021 opgezegd tegen 31 juli 2021.
(viii) Nadat Kayoom in deze procedure door de rechtbank in het ongelijk was gesteld (zie hierna in 2.2-2.3), heeft Kayoom in juni, juli en augustus 2022 onder protest drie betalingen verricht aan [verweerster], waarna [verweerster] de Kenda Sand-producten die zich nog in haar magazijn bevonden (hierna: de restpartij), heeft afgeleverd bij Kayoom. Na aflevering heeft Kayoom (opnieuw) vastgesteld dat aan de restpartij diverse gebreken kleefden. Kayoom heeft zich daarover bij [verweerster] schriftelijk beklaagd en de koopovereenkomst met betrekking tot de restpartij buitengerechtelijk ontbonden.