11.6.
verklaart de proceskostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. Boogers, mr. C.J-A. Seinen en mr. O.L. van Daalen en in het openbaar uitgesproken op 5 februari 2025.
BIJLAGE - Relevante bepalingen uit de wet- en regelgeving
1. Reglement van orde van de Tweede Kamer der Staten-Generaal: (Voetnoot 49)
HOOFDSTUK 3. DE VOORZITTER, DE ONDERVOORZITTERS EN HET PRESIDIUM
§ 3.1 De Voorzitter
(…)
Artikel 3.2 Taak Voorzitter
De Voorzitter is belast met:
a. het leiden van de werkzaamheden van de Kamer en het Presidium;
b. het doen naleven van dit Reglement;
(…)
f. de overige taken die op grond van dit Reglement of de wet aan hem zijn toegedeeld.
(…)
§ 3.3 Het Presidium
Artikel 3.6 Presidium
1. De Voorzitter en de Ondervoorzitters vormen samen het Presidium.
(…)
5. Indien het Presidium voor onderdelen van zijn werkzaamheden commissies van advies als bedoeld in artikel 7.9 heeft ingesteld, hoort hij deze voordat hij besluiten neemt ten aanzien van die onderdelen, tenzij dit in een zeer spoedeisend geval niet mogelijk is.
6. Het Presidium wordt bijgestaan door de Griffier en de directeuren.
(…)
HOOFDSTUK 6. HET PERSONEEL
§ 6.1 De Griffier
Artikel 6.1 Rechtspositie Griffier
1. De Kamer beslist over het aangaan en beëindigen van het dienstverband van de
Griffier.
2. Het Presidium is belast met het uitoefenen van de overige rechtspositionele
bevoegdheden ten aanzien van de Griffier.
Artikel 6.2 Taken Griffier
1. De Griffier heeft de leiding over de ambtelijke organisatie. Het Presidium oefent
hierop toezicht uit.
2. De Griffier is voorts belast met:
[a-e]
f. de overige taken die op grond van dit Reglement of de wet aan hem zijn toegedeeld.
(…)
§ 6.2 De overige ambtenaren
Artikel 6.3 Directeuren
1. Het Presidium is belast met het aangaan en beëindigen van het dienstverband van
een of meer directeuren.
2. De Griffier is belast met het uitoefenen van de overige rechtspositionele
bevoegdheden ten aanzien van de directeuren.
Artikel 6.4 Overige ambtenaren
De Griffier is belast met het aangaan en beëindigen van het dienstverband van de overige ambtenaren, en met het uitoefenen van de overige rechtspositionele bevoegdheden ten aanzien van hen.
(…)
HOOFDSTUK 15. OPENBAARHEID, VERTROUWELIJKHEID EN INTEGRITEIT
(…)
§ 15.8 Integriteit
Artikel 15.24 Gedragscode
De Kamer stelt een afzonderlijke gedragscode voor de leden vast, alsmede een
afzonderlijke regeling voor het toezicht op, en de handhaving van, die gedragscode.
2. Regeling Toezicht en handhaving Gedragscode Leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Artikel 16 Toepassing regeling
Deze regeling is alleen van toepassing op overtredingen van de Gedragscode die plaatsvinden na de inwerkingtreding van de regeling.
(…)
Artikel 18 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking op 1 april 2021.
3. De Klachtenregeling Ongewenste Omgangsvormen Tweede Kamer is op 1 mei 2021 in werking getreden, en bevat onder meer de volgende bepalingen:
Artikel 1 Werkingsgebied
De klachtenregeling is van toepassing op alle medewerkers van de ambtelijke organisatie van de Tweede Kamer, en de medewerkers van de verschillende fracties. (…)
Artikel 2 Begripsbepalingen
a) Melder(s): de medewerker(s), of de politieke leden van fracties, die zich in verband met
ongewenste omgangsvormen tot de vertrouwenspersoon heeft/hebben gewend;
b) Klacht: schriftelijke klacht over ongewenste omgangsvormen.
c) Klager(s): de medewerker die een klacht over ongewenste omgangsvormen indient bij de
klachtencommissie.
d) Medewerker: degene die op basis van een arbeidsovereenkomst, overeenkomst van opdracht, detachering, of op basis van een uitzendovereenkomst werkzaamheden verricht of
heeft verricht bij en in opdracht van de Tweede Kamer, dan wel bij en in opdracht van de
aldaar werkzame politieke fracties.
e) Lid politieke fractie: een gekozen lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal of een
medewerker daarvan.
f) Melder; de medewerker die zich in verband met ongewenste omgangsvormen tot de
vertrouwenspersoon heeft gewend.
g) Melding: het zich wenden tot de vertrouwenspersoon in verband met ongewenste omgangsvormen.
h) Ongewenste omgangsvormen: elke vorm van, intimidatie, seksuele intimidatie, agressie,
geweld en pesten, direct of indirect, die stress in de arbeidssituatie teweeg brengt.
(…)
j) Aangeklaagde(n): de medewerker(s) tegen wie de klacht is gericht;
k) Klaagschrift: een door klager ondertekend en gedagtekend geschrift waarin een omschrijving van de klacht is opgenomen en dat dient als uitgangspunt voor de klachtenprocedure;
l) Bemiddelaar: in- of externe deskundige; deze streeft naar een informele oplossing in
overleg met alle bij de kwestie betrokken personen;
m) Klachtencommissie: de in artikel 6 bedoelde Klachtencommissie ongewenste omgangsvormen Tweede Kamer, die de ingediende schriftelijke klachten onderzoekt en daarover aan het bevoegd gezag rapporteert en adviseert;
n) Werkgever: het met feitelijk werkgeversgezag belaste orgaan, de formele werkgever van de fractiemedewerkers, dan wel het bestuur van de politieke verenigingen waartoe de Kamerleden behoren;
(…)
Artikel 3 Indienen melding of klacht
Een ieder die met ongewenste omgangsvormen zoals hierboven opgesomd, wordt geconfronteerd, kan zich wenden tot de vertrouwenspersoon met een melding of kan een klacht indienen bij de klachtencommissie.
Artikel 9 Het indienen van een klacht
1. Een klacht wordt schriftelijk door klager, ingediend bij de klachtencommissie en bevat op
straffe van niet-ontvankelijkverklaring:
a. de aanduiding van de categorie van ongewenste omgangsvormen met een omschrijving
van de gedraging of gedragingen waarmee de klager is geconfronteerd en waar en wanneer deze zich hebben afgespeeld, en indien van toepassing de vermelding van getuigen;
b. de naam, het adres en de functie van de klager;
c. de naam van aangeklaagde of de namen van aangeklaagden;
d. de beschrijving van de door klager ondernomen stappen;
e. het klaagschrift wordt door klager ondertekend en gedagtekend.
2. De schriftelijke stukken die betrekking hebben op de ondernomen stappen worden aan de
klachtencommissie overgelegd.
(…)
Artikel 15 Bevestiging en ondertekening
Deze regeling treedt in werking op 1 mei 2021 en vervangt deels de regeling ‘Beleid ongewenste omgangsvormen’ van april 2016. De regeling kan worden aangehaald als de Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen Tweede Kamer
4. Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Voetnoot 50)
Artikel 4. (vertrouwelijke gegevens)
Een beveiligingsorganisatie of recherchebureau treft maatregelen om te voorkomen dat persoons- en andere vertrouwelijke gegevens in handen van onbevoegden komen.
(…)
§ 11a. Bijzondere bepalingen voor recherchebureaus
Artikel 23a. Vaststellen (privacy)gedragscode
Een recherchebureau stelt een (privacy)gedragscode vast, identiek aan het in bijlage 6 bij deze regeling vastgestelde model, en leeft de code na.
5. ( (Privacy)gedragscode sector particuliere onderzoeksbureaus (Voetnoot 51)