Rechtbank Noord-Holland, eerste aanleg - enkelvoudig bestuursstrafrecht

ECLI:NL:RBNHO:2025:13435

Op 3 March 2025 heeft de Rechtbank Noord-Holland een eerste aanleg - enkelvoudig procedure behandeld op het gebied van bestuursstrafrecht, wat onderdeel is van het bestuursrecht. Het zaaknummer is 11322900 WM VERZ 24-1427, bekend onder identificatienummer ECLI:NL:RBNHO:2025:13435. De plaats van zitting was Alkmaar.

Soort procedure:
Zaaknummer(s):
11322900 WM VERZ 24-1427
Datum uitspraak:
3 March 2025
Datum publicatie:
20 November 2025

Indicatie

Gedraging is voldoende komen vast te staan. Geen aanleiding om boete te matigen. Beroep ongegrond.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind

locatie Alkmaar

Zaaknummer : 11322900 \ WM VERZ 24-1427

CJIB-nummer : ['nummer' 2]

Uitspraakdatum : 3 maart 2025

Uitspraak op een beroep tegen een boete op grond van de Wet administratief-

rechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)

in de zaak van

naam : [betrokkene]

adres : [betrokkene]

woonplaats : [betrokkene]

gemachtigde : [gemachtigde] (hierna te noemen: betrokkene).

De verkeersboete en het beroep

Aan betrokkene is een boete opgelegd voor een verkeersovertreding (negeren geslotenverklaring). Betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de boete. Het beroep is behandeld op de zitting van 5 februari 2025. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is niet verschenen. Er is na de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De beoordeling

Betrokkene voert aan dat er sprake is geweest van een vergissing. Er is een verkeerde afslag genomen. De chauffeur is toen even de Heul ingereden om daar te draaien. Betrokkene vraagt de kantonrechter om clementie, mede gelet op het salaris van de chauffeur en het hoge boetebedrag.

De kantonrechter oordeelt dat de boete terecht is opgelegd. Uit het verweer van betrokkene volgt dat de situatie ter plaatse duidelijk was. Betrokkene betwist dan ook niet de aanwezigheid van de borden, maar doet een beroep op de omstandigheden van het geval. Betrokkene heeft de keuze gemaakt om door te rijden, de geslotenverklaring te negeren en daarna te keren. De gevolgen van die keuze komen voor zijn rekening en risico. Dat het niet mogelijk was om vóór de geslotenverklaring te keren, is niet gebleken.

De kantonrechter ziet ook geen reden om de boete te matigen. De enkele opmerking met betrekking tot het salaris van de chauffeur is onvoldoende om het boetebedrag te matigen.

Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:

? verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door mr. I.H. Lips, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.

De griffier De kantonrechter

Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 Wahv hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht. Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.

Datum toezending: