4.4.
4.4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.4.3.1 Beoordelingskader voor medeplegen
Voor de kwalificatie medeplegen is vereist dat sprake is van nauwe en bewuste samenwerking. Die kwalificatie is alleen gerechtvaardigd als de bewezenverklaarde – intellectuele en/of materiële – bijdrage van de verdachte aan het delict van voldoende gewicht is. Bij de vorming van zijn oordeel dat sprake is van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking, kan de rechter rekening houden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip. (Voetnoot 1)
4.4.3.2 De redengevende feiten en omstandigheden voor de feiten 1, 2 en 3
De rechtbank stelt hierna per adres relevante feiten en omstandigheden voor zowel de hennepkwekerijen (feit 1) als de diefstal van de elektriciteit (feit 2) en de voorbereidingshandelingen (feit 3) vast.
De rechtbank overweegt vervolgens waarom zij op basis van de vastgestelde feiten en omstandigheden tot conclusies komt, mede op basis van nader vastgestelde feiten en omstandigheden, en beantwoordt daarna de bewijsvraag. De rechtbank zal gebruik maken van zogenoemd schakelbewijs en per locatie vermelden welke feiten en omstandigheden daarvoor van belang zijn. De vaststellingen en overwegingen over het schakelbewijs zijn aan het eind van de bewijsoverwegingen opgenomen.
4.4.3.3 [adres 1] in [plaats 1] (zaaksdossier 3) feit 1 en 2
Op 7 maart 2021 treft de politie een deels geoogste hennepkwekerij aan op de van het trapgat en benedenverdieping door een extra wand afgescheiden bovenverdieping van een woning aan de [adres 1] in [plaats 1]. De elektriciteit wordt buiten de meter afgenomen. In en buiten de woning vindt de politie in totaal vijf identieke sporttassen met daarin sealbags met hennep. Kort voor deze ontdekking vluchten twee onbekend gebleven mannen aan de voorzijde van de woning en bevinden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zich in de brandgang naast de woning. Die brandgang geeft toegang tot een achter de schutting van de woning gelegen veldje waar twee van de vijf sporttassen worden gevonden. Verbalisanten hebben steeds zicht op de brandgang gehouden en geen andere personen dan [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] daar gezien. Sporen van het door [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in die brandgang (beweerdelijk) urineren zijn niet aangetroffen. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] behoren tot een groep van vier mannen die regelmatig bij [nummer 2] naar binnen gaan. [naam 3] huurt de woning op [nummer 2]. Zij verhuurt de zolder aan “[naam 4]”. Zij heeft de sleutel van haar woning aan “[naam 5]”, een vriend van “[naam 4]” gegeven. “[naam 5]” zou het trapgat dichtmaken. In de iPhone van [verdachte] is een chatgesprek aangetroffen met [naam 3] in de periode van 29 december 2020 tot 24 februari 2021. [verdachte] noemt zich in dat gesprek “[alias 2]”. Ook “[naam 5]” komt ter sprake. Verder wordt gesproken over stromend water dat [naam 3] gehoord heeft, wat volgens [verdachte] kan kloppen, over gereedschap ophalen en vinden de bezoeken vaak laat in de avond plaats.
Op de sealbags aangetroffen in een van de sporttassen zijn twee dactyloscopische sporen van [medeverdachte 1] aangetroffen.
4.4.3.4 [adres 3] in [plaats 2] (zaaksdossier 1) feit 1 en 2
Op 19 november 2020 treft de politie een hennepkwekerij aan in een pand op het adres [adres 3] in [plaats 2]. In kweekruimte 1 staan 860 hennepplanten. In de overige twee kweekruimtes staan geen hennepplanten, maar de ruimten zijn wel ingericht als kweekruimtes. De elektriciteit wordt buiten de meter afgenomen.
Er is een netmeting op de elektriciteitskabel waarop dit adres is aangesloten verricht door
Enexis Netbeheer BV. In de meetperiode zijn twaalfuurs verbruikspatronen te zien. In de meetperiode van 19 oktober 2019 tot en met 28 september 2020 is te zien dat er vier keer een volledige kweekperiode is geweest.
Het pand werd sinds februari 2019 door een katvanger gehuurd ten behoeve van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 6]. In de periode voorafgaand aan de in november 2020 aangetroffen kwekerij hebben er andere kweken plaatsgevonden, in elke geval rond april 2020. [medeverdachte 1] ([accountnaam 2]) en [verdachte] ([accountnaam 3]) van 5 april 2020 tot en met 16 mei 2020 meerdere chats en afbeeldingen naar elkaar gestuurd die betrekking hebben op een eerdere kweek in dit pand rond die tijd.
4.4.3.5 [adres 4] in [plaats 3] (zaaksdossier 4) feit 1 en 2
Op 27 juli 2021 treft de politie een professioneel ingerichte hennepkwekerij aan in een pand op het adres [adres 4] in [plaats 3]. In twee kweekruimtes staan in totaal 1769 planten. Door middel van twee hotboxen werd CO2 aan de kweekruimte
toegevoegd. Deze hotboxen waren aangesloten op de aangelegde gasleiding die weer was
aangesloten op de gasleiding in de meterkast. De elektriciteit wordt buiten de meter afgenomen.
[medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en [verdachte] zijn in de periode van 1 juli tot en met 27 juli 2021 diverse keren in het pand geweest. Andere personen, behalve [medeverdachte 6] en [medeverdachte 4], zijn niet in het pand geweest.
In het pand werden leuzen en symbolen aangetroffen die verwijzen naar nazi-Duitsland en verwensingen aan het adres van de politie.
4.4.3.6 [adres 2] in [plaats 1] (zaaksdossier 7) feit 1 en 2
Op 9 mei 2022 treft de politie een hennepkwekerij aan in een schuur bij een woning aan de [adres 2] in [plaats 1]. Er is een kweekruimte met daarin 239 hennepplanten. De elektriciteit wordt buiten de meter afgenomen. [verdachte] wordt in de bij de schuur behorende woning aangehouden. Hij is de enige bewoner van dit aan [medeverdachte 1] in eigendom toebehorend pand. Hij is ook contractant van Enexis voor dit pand. De achtertuin van het pand biedt toegang tot zowel het perceel op [nummer 3] als dat van [nummer 4]. Vanuit de schuur bij [nummer 5] loopt een groot aantal kabels en leidingen duidelijk zichtbaar naar de percelen van [nummer 4] en [nummer 5].
4.4.3.7 [adres 5] in [plaats 1] (zaaksdossier 6) feit 3
Op 15 december 2021 is aan de [adres 5] in [plaats 1] een in aanbouw zijnde zeer professionele hennepkwekerij aangetroffen. Kweekruimte 1 was opgebouwd en nagenoeg klaar. In deze kweekruimte werden diverse hennepgerelateerde goederen aangetroffen, te weten 48 transformatoren met lamparmatuur, een hangend koolstoffilter, een slakkenhuis, zes ventilatoren, drie opticlimates, 800 bloempotten gevuld met potgrond en een aan- en afzuiginstallatie. Kweekruimtes twee en drie waren in opbouw. In deze kweekruimtes werden 39 transformatoren met lamparmatuur, een hangend koolstoffilter, een slakkenhuis, tien hangende ventilatoren, twee opticlimates, een aan- en afzuiginstallatie, 39 lamparmaturen, drie assimilatielampen, een transformator, twee koolstoffilters, een slakkenhuis, twee ventilatoren en een hotbox aangetroffen. In de overige ruimte tussen de kweekruimten werden tien lamparmaturen, vijf assimilatielampen, een schakelbord, tien transformatoren, twee temperatuur-/ventilatieregelaars, twee fancontrols en een compressor aangetroffen. In het pand werden leuzen en symbolen aangetroffen die verwijzen naar nazi-Duitsland en verwensingen aan het adres van de politie.
4.4.3.8 De overwegingen met betrekking tot de feiten 1, 2 en 3
[verdachte] beroept zich bij alle aan hem ten laste gelegde feiten op zijn zwijgrecht. Hoewel de feiten en omstandigheden in het dossier om een verklaring vragen heeft hij die niet gegeven, niet bij de politie en niet ter terechtzitting.
4.4.3.9 [adres 1] in [plaats 1] (zaaksdossier 3) feit 1 en 2
De rechtbank is van oordeel dat [medeverdachte 1], [verdachte] en [medeverdachte 2] tezamen en in vereniging in deze kwekerij hennepplanten hebben geteeld en dat zij 36,24 kilo hennep opzettelijk aanwezig hebben gehad.
De elektriciteit werd buiten de meter afgenomen. Dit behoorde tot de vaste werkwijze van verdachten bij de hennepkwekerijen die verdachte samen met anderen exploiteerde. De rechtbank is daarom van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte ook daarin een als medeplegen te kwalificeren aandeel heeft gehad. Ook dat feit zal bewezen worden verklaard.
4.4.3.10 [adres 3] in [plaats 2] (zaaksdossier 1) feit 1 en 2
Feit 1
[verdachte] was met [medeverdachte 2] in ieder geval op 5 en 6 april 2020 in de hennepkwekerij aan [adres 3] in [plaats 2]. Zij houden zich bezig met het oogsten van de hennep en houden toezicht op de hennepknippers. Er wordt gesproken over het vullen van dozen met geoogste henneptoppen, het knippen van henneptoppen en het dichtmaken van strijkzakken. [verdachte] (bluesbush) staat hierbij steeds in nauw contact met [medeverdachte 1] ([accountnaam 2]). De rechtbank kwalificeert dit als medeplegen. Weliswaar zijn de chats verstuurd vóór de ten laste gelegde periode, vaststaat dat ook toen al een kwekerij werd geëxploiteerd waarbij en waarin [medeverdachte 1], [verdachte] en [medeverdachte 2] samenwerkten. Een samenwerking die nauw en bewust was: de bijdrage van [verdachte] was daarvoor van voldoende gewicht, gelet op zijn rol in de eindfase (oogst en verzending) van de hennep waarbij [verdachte] een belangrijke rol had door direct in contact te staan met [medeverdachte 1] en hem op de hoogte te houden van hetgeen in de hennepkwekerij plaatsvond en wanneer de hennep gereed was om te worden opgehaald.
De rechtbank is van oordeel dat [medeverdachte 1], [verdachte] en [medeverdachte 2] tezamen en in vereniging in deze hennepkwekerij hennepplanten hebben geteeld en dat zij 860 hennepplanten opzettelijk aanwezig hebben gehad.
Feit 2
Dat de stroom illegaal werd afgenomen is de gebruikelijke gang van zaken bij de kwekerijen die verdachte samen met anderen exploiteerde. De rechtbank is daarom van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte ook daarin een als medeplegen te kwalificeren aandeel heeft gehad.
4.4.3.11 [adres 4] in [plaats 3] (zaaksdossier 4) feit 1 en 2
Feit 1
De rechtbank is van oordeel dat [medeverdachte 1], [verdachte] en [medeverdachte 2] tezamen en in vereniging in deze kwekerij hennepplanten hebben geteeld en dat zij 1769 hennepplanten opzettelijk aanwezig hebben gehad. In de periode waarin de aangetroffen kweek plaatsvond - de op 27 juni 2021 aangetroffen planten waren respectievelijk anderhalve week (kweekruimte 1) en drie weken (kweekruimte 2) oud - waren zij veelvuldig gedurende enige tijd in of bij het pand aanwezig. Het telen van deze grote hoeveelheid planten in een bijzonder professioneel ingerichte kwekerij vergt de betrokkenheid van meer personen. Andere personen dan te zien zijn op de camerabeelden, zijn het pand niet in geweest. Het kan daarom niet anders zijn dan dat [verdachte] bij de kwekerij een als medeplegen te kwalificeren betrokkenheid heeft gehad.
Feit 2
Dat de stroom illegaal werd afgenomen is de gebruikelijke gang van zaken bij de kwekerijen die verdachte samen met anderen exploiteerde. De rechtbank is daarom van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte ook daarin een als medeplegen te kwalificeren aandeel heeft gehad.
4.4.3.12 [adres 2] in [plaats 1] (zaaksdossier 7) feit 1 en 2
[verdachte] ontkent dat hij iets te maken heeft met de aangetroffen hennepkwekerij in de schuur behorend bij het perceel [adres 2] in [plaats 1].
De rechtbank overweegt hierover het volgende. Vanuit de woning op [nummer 5], waar [verdachte] verbleef en werd aangetroffen ten tijde van de inval door de politie, liep een dikke grijze leiding/kabel vanuit de meterkast, via de eerste verdieping (en deels onder de grond) naar de schuur. Ook liep er een groot aantal kabels en leidingen naar het perceel op [nummer 3]. Gegeven het op grootschalige wijze exploiteren van hennepkwekerijen en het daarbij wegnemen van stroom kan het niet anders dan dat [verdachte], als bewoner van het pand, deze opzichtige kalbelnetwerken heeft gezien, en van de kwekerij op de hoogte is geweest en daaraan ook een bijdrage heeft geleverd, al was het maar door vanuit de woning een oogje in het zeil te houden. De rechtbank is van oordeel dat er tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] sprake was van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking.
4.4.3.13 [adres 5] in [plaats 1] (zaaksdossier 6) feit 3
Het dossier bevat bewijsmiddelen waaruit de betrokkenheid van [verdachte] blijkt. De rechtbank stelt in aanvulling op het voorgaande de volgende feiten en omstandigheden vast.
Verhuur en beheer pand
[naam 6] verhuurde vanaf 15 mei 2021 het pand aan de [adres 5] in [plaats 1] aan [naam 7] . (Voetnoot 2) In de periode van 20 mei 2021 tot en met 29 december 2021 is er op de bankrekening [rekeningnummer] van [naam 7] € 33.835,-- contant gestort. Van deze betaalrekening werd tussen 20 mei 2021 en 1 oktober 2021 € 32.000,-- overgeboekt naar de rekening van [naam 6]. (Voetnoot 3)
Op 1 juni 2021 heeft de sleuteloverdracht en eindinspectie van het pand plaatsgevonden. [naam 8] heeft namens [naam 7] de sleutels van het pand aan de [adres 5] in [plaats 1] in ontvangst genomen. (Voetnoot 4) [naam 8] kent [medeverdachte 1], [verdachte] en [medeverdachte 2]. (Voetnoot 5) Ook [naam 9] , de broer van [naam 8], kent [medeverdachte 1], [verdachte] en [medeverdachte 2]. (Voetnoot 6) Zowel [naam 8] als [naam 9] zijn in het pand aan de [adres 5] in [plaats 1] geweest.
Op 28 augustus 2021 vindt er een telefoongesprek plaats tussen [medeverdachte 1] en een leverancier van bouwmaterialen die goederen wil afleveren in de directe omgeving van een Aldi supermarkt. Tot enkele jaren was er een Aldi supermarkt gevestigd aan de [adres 5] in [plaats 1].
Op 9 november 2021 vindt er een telefoongesprek plaats tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] , waarbij [medeverdachte 1] vraagt of [naam 9] de voordeur kan open doen. Waarop [naam 9] antwoordt dat hij in de hal is en [medeverdachte 1] daarop antwoordt: “Ik dacht Aldi”. [naam 9] geeft aan [medeverdachte 1] door dat hij even om de hoek moet en zijn telefoon uit moet doen.
Peilbaken en camerabeelden
Van 16 september tot en met 16 december 2021 heeft er een peilbaken gezeten in de Renault Master met kenteken [kenteken 1]. Het voertuig staat op naam van [medeverdachte 6], destijds de partner van [medeverdachte 1]. Het voertuig heeft in de periode vanaf 20 oktober 2021 tot en met 14 december 2021 36 keer uitgepeild op de parkeerplaats behorende bij de [adres 5], of in de zeer directe omgeving daarvan. De parkeerplaats betreft een afgesloten plaats, die vanaf de openbare
weg alleen te bereiken is via een toegangshek. De Renault Master wordt met name gebruikt door [medeverdachte 1], incidenteel ook door [verdachte] en [medeverdachte 2]. Op 15, 17, 20, 26 en 30 november en 6, 11 en 14 december 2021verplaatste het voertuig met regelmaat direct vanuit de [adres 5] in [plaats 1] naar de [adres 2] (ter hoogte van [nummer 6]) of vice versa, zoals bakengegevens uitwijzen. De Renault Master is op 12 en 16 november 2021 en 7 en 14 december 2021 bij [bedrijf 1] te [plaats 4] geweest. Op 12 november 2021 hebben [medeverdachte 1] en [naam 9] bouwmaterialen gekocht, op 16 november 2021 heeft [naam 9] Zabri bouwmaterialen gekocht en op 7 december 2021 hebben [medeverdachte 1] en [verdachte] bouwmaterialen gekocht.
Op 14 december 2021 rijdt [medeverdachte 1] als bestuurder in de Renault Master met kenteken [kenteken 2] waar ter hoogte van de [adres 5] wordt geparkeerd. Er stappen drie personen uit en zij hebben gereedschap bij zich. [medeverdachte 1] loopt in de richting van het pand aan de [adres 5]. Twee minuten later stapt [verdachte] in de Renault Master en rijdt naar [bedrijf 1] in [plaats 4] om bouwmaterialen te kopen. Daarna is hij gaan tanken en om 14:48 uur is de Master vertrokken vanaf de Nordhornsestraat in [plaats 4]. Om 15:20 uur reed de Renault Master het terrein op aan de [adres 5] in [plaats 1].
Op de beelden van een door de politie geplaatste camera van 9 december 2021 tot en met 15 december 2021 is te zien dat in deze periode slechts twee voertuigen het terrein aan de [adres 5] in [plaats 1] oprijden. Dat betreffen een Ford Transit met kenteken
[kenteken 3] op naam van [verdachte] en de Renault Master met kenteken [kenteken 1] op naam van [medeverdachte 6], de partner van [medeverdachte 1]. Beide voertuigen staan op 9 en 10 december 2021 gedurende meerdere uren geparkeerd op het terrein aan de [adres 5] in [plaats 1]. Op 10 december 2021 is [medeverdachte 1] herkend terwijl hij werkzaamheden verricht aan de roldeur van het pand.
De rechtbank leidt uit dit alles af dat [medeverdachte 1] en [verdachte] veelvuldig gedurende enige tijd in of bij het pand aanwezig zijn geweest. Er zijn geen andere voertuigen op het afgesloten terrein geweest dan de Renault Master, waar [medeverdachte 1] gebruikt van maakte en de Ford Transit op naam van [verdachte]. Er zijn diverse keren bouwmaterialen gekocht door [medeverdachte 1], [naam 9] of [verdachte], waarbij [verdachte] op 14 december 2021 rechtstreeks met de bouwmaterialen naar het pand aan de [adres 5] in [plaats 1] is gereden. Tot slot weegt ook mee dat er sprake is van een hoge mate van professionaliteit in de opbouw van de hennepkwekerij zoals ook bij de andere aangetroffen hennepkwekerijen en zijn ook aan de [adres 5] leuzen en symbolen aangetroffen die verwijzen naar nazi-Duitsland.
De rechtbank komt tot een bewezenverklaring van dit feit.
4.4.3.14 Uitoefening van een beroep of bedrijf
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van vier hennepkwekerijen en voorbereidingshandeling voor een in opbouw zijnde hennepkwekerij. De capaciteit van de hennepkwekerijen tezamen was aanzienlijk. In totaal was sprake van 2.867 hennepplanten, en 36,24 kilogram hennep en werden er kweekruimten aangetroffen waar al was geoogst. Dat betekent dat ook derden moeten zijn ingeschakeld om daarbij te helpen, hetgeen ook in chats wel wordt benoemd als er over knippers wordt gesproken (Voetnoot 7). De teeltprocessen geschiedden in afzonderlijke, daarvoor ingerichte ruimtes onder gecontroleerde condities en deels geautomatiseerd met behulp van technische middelen, kennelijk ter optimalisering van het teeltproces en minimalisering van de daarvoor van de telers vereiste inspanningen. De kweekruimtes waren op professionele wijze aangelegd, waaruit kan worden afgeleid dat ze waren opgezet met de bedoeling daarin verschillende keren te oogsten. Gelet op het voorgaande komt de rechtbank tot het oordeel dat sprake is van hennepteelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.