Rechtbank Rotterdam, eerste aanleg - enkelvoudig verbintenissenrecht

ECLI:NL:RBROT:2025:11065

Op 17 September 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam een eerste aanleg - enkelvoudig procedure behandeld op het gebied van verbintenissenrecht, wat onderdeel is van het civiel recht. Het zaaknummer is C/10/702865 / HA ZA 25-565, bekend onder identificatienummer ECLI:NL:RBROT:2025:11065. De plaats van zitting was Rotterdam.

Soort procedure:
Instantie:
Zaaknummer(s):
C/10/702865 / HA ZA 25-565
Datum uitspraak:
17 September 2025
Datum publicatie:
18 September 2025
Advocaat:
mr. A al Mansouri te Nijmegen;mr. A.E. van Zoest te Amsterdam

Indicatie

Incident ex artikel 195 Rv. Vordering tot verstrekking van bescheiden. Franchisenemer stelt dat de franchiseovereenkomst met franchisegever tot stand is gekomen onder invloed van dwaling, doordat franchisegever haar plichten ex artikel 7:913 BW (pre-contractuele informatieplicht) en 7:914 lid 2 sub c BW (standstill-periode) heeft geschonden. Franchisenemer vordert overlegging van bescheiden door franchisegever ter onderbouwing van die stelling.

Uitspraak

RECHTBANK Rotterdam

Team handel en haven

Zittingsplaats Rotterdam

Zaaknummer: C/10/702865 / HA ZA 25-565

Vonnis in incident van 17 september 2025

in de zaak van

KIPPERIJ ARNHEM B.V.,

gevestigd te Arnhem,

eiseres in de hoofdzaak,

tevens eiseres in het incident,

advocaat: mr. A. al Mansouri te Nijmegen,

tegen

1
KIPPERIJ FRANCHISE B.V.,

2. KIPPERIJ MARKETING B.V.,

beide gevestigd te Breda,

gedaagden in de hoofdzaak,

tevens verweersters in het incident,

advocaat: mr. A.E. van Zoest te Amsterdam.

Partijen worden hierna Kipperij Arnhem, Kipperij Franchise en Kipperij Marketing genoemd. Gedaagden worden gezamenlijk aangeduid als Kipperij Franchise e.a.

1
De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de dagvaarding tevens incident ex artikel 194 Rv, met 43 producties;- de conclusie van antwoord in incident, met 6 producties.

1.2.

Vervolgens is vonnis bepaald in het incident.

2
De feiten
2.1.

Kipperij Franchise is franchisegever van de Kipperij-formule in Nederland. Die formule houdt in de exploitatie door franchisenemers van een grill- en maaltijdenwinkel van diverse kipproducten, gecombineerd met (warme) bezorging van kipproducten aan huis. Kipperij Marketing is gelieerd aan Kipperij Franchise en verricht marketingactiviteiten ten behoeve van de franchiseformule en de franchisenemers.

2.2.

In maart 2023 zijn [naam 1] (hierna: [naam 1]) en [naam 2] (hierna: [naam 2]) met Kipperij Franchise in gesprek gegaan over de mogelijkheden voor het openen van een Kipperij-vestiging als franchisenemer.

2.3.

Op 12 mei 2023 heeft Kipperij Franchise [naam 1] en [naam 2] in contact gebracht met De Boekhoudersfabriek. In juni 2023 hebben [naam 1] en [naam 2] aan De Boekhoudersfabriek opdracht gegeven om de financieringsaanvraag in het kader van het starten van een Kipperij-vestiging te begeleiden.

2.4.

Op 5 juni 2023 heeft Kipperij Franchise [naam 1] en [naam 2] geïnformeerd over een mogelijk geschikt pand in Arnhem en hen in contact gebracht met [naam 3] (hierna: [naam 3]) van BE Retail Vastgoedadvies. [naam 3] heeft als tussenpersoon gefungeerd in de communicatie richting de verhuurder van het pand, Retail Center De Lely (hierna: De Lely). Op 4 juli 2023 hebben [naam 1] en [naam 2] een ‘Letter of Intent’ gesloten met De Lely.

2.5.

Op 22 juni 2023 heeft Kipperij Franchise [naam 1] en [naam 2] in contact gebracht met MCR Retailminds. [naam 1] en [naam 2] hebben aan MCR Retailminds opdracht gegeven om een vestigingsplaatsanalyse (hierna: VPA) op te stellen van de beoogde vestigingslocatie in Arnhem. Op 12 juli 2023 heeft MCR Retailminds de VPA in concept opgesteld.

2.6.

Bij e-mail van 23 juni 2023 heeft Kipperij Franchise een concept-franchiseovereenkomst en een precontractueel informatiedocument verzonden aan [naam 1] en [naam 2].

2.7.

Bij notariële akte van 29 augustus 2023 hebben [naam 1] en [naam 2] Kipperij Arnhem opgericht.

2.8.

Op 25 september 2023 heeft Kipperij Arnhem met De Lely een huurovereenkomst gesloten met betrekking tot de bedrijfsruimte aan [adres]. De huurovereenkomst is uiteindelijk op 13 november 2023 ingegaan.

2.9.

Op 31 oktober 2023 heeft Rabobank de financieringsaanvraag van Kipperij Arnhem goedgekeurd.

2.10.

Op 6 november 2023 hebben [naam 1] en [naam 2] (namens Kipperij Arnhem) de definitieve franchiseovereenkomst met Kipperij Franchise ondertekend.

2.11.

Op 23 januari 2024 heeft Kipperij Arnhem haar vestiging officieel geopend.

2.12.

In maart/april 2025 hebben Kipperij Franchise e.a. Kipperij Arnhem gesommeerd om achterstallige franchise fee en marketing fee te betalen. Omdat betaling uitbleef, hebben zij per 1 mei 2025 hun dienstverlening opgeschort.

2.13.

Bij brief van 6 mei 2025 heeft Kipperij Arnhem aan Kipperij Franchise e.a. meegedeeld de franchiseovereenkomst gedeeltelijk te vernietigen, namelijk voor zover deze haar verplicht tot betaling van marketing en franchise fees aan Kipperij Franchise e.a., op grond van schending van de standstill-bepalingen en dwaling. In de brief vordert Kipperij Arnhem terugbetaling van de reeds betaalde marketing en franchise fees en stelt zij Kipperij Franchise e.a. aansprakelijk voor de schade als gevolg van de stopzetting van hun diensten.

2.14.

Bij brief van 14 mei 2025 heeft Kipperij Arnhem aan Kipperij Franchise e.a. verzocht om afgifte van bepaalde stukken op de voet van artikel 194 Rv.

Bij brief van 26 mei 2025 hebben Kipperij Franchise e.a. te kennen gegeven geen gehoor te geven aan de sommatie.

3
Het geschil in het incident
3.1.

Kipperij Arnhem vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:

I. Kipperij Franchise e.a. te bevelen binnen 48 uur na betekening van het te wijzen vonnis de navolgende stukken aan Kipperij Arnhem te verstrekken:

a. alle vestigingsplaatsonderzoeken (VPA's) die MCR Retailminds heeft opgesteld voor (potentiële) franchisenemers van de Kipperij-formule;

b. alle correspondentie (waaronder e-mail en WhatsApp) tussen Kipperij Franchise en Kipperij Marketing en haar vertegenwoordigers enerzijds en De Boekhoudersfabriek en/of MCR Retailminds anderzijds over de inhoud van de VPA die MCR Retailminds heeft opgesteld voor Kipperij Arnhem;

c. alle correspondentie (waaronder e-mail en WhatsApp) tussen Kipperij Franchise en Kipperij Marketing en haar vertegenwoordigers enerzijds en de verhuurder (Retail Center De Lely) en/of de tussenpersoon ([naam 3] van BE Retail Vastgoedadvies) anderzijds over de onderhandelingen althans het sluiten van de huurovereenkomst voor de vestiging van Kipperij Arnhem;

d. een gespecificeerd overzicht van de door Kipperij Marketing voor Kipperij Arnhem uitgevoerde marketingactiviteiten en de daaraan verbonden kosten over de periode vanaf het sluiten van de franchiseovereenkomst (6 november 2023) tot heden;

steeds op straffe van een door Kipperij Franchise en Kipperij Markering te

verbeuren onmiddellijk opeisbare dwangsom van telkens € 10.000,00 voor iedere

dag of gedeelte van een dag dat aan enig onderdeel van dit bevel geen of niet

volledig gehoor wordt gegeven, met een maximum van € 200.000,00;

II. Kipperij Franchise e.a. te veroordelen in de kosten van deze procedure waaronder de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.

3.2.

Kipperij Franchise e.a. concluderen tot afwijzing van de vorderingen in het incident.

Overwegingen

4
De beoordeling in het incident

Verstrekking van de VPA’s van andere franchisenemers en van de correspondentie over de VPA van Kipperij Arnhem (vordering I. sub a en b)

4.1.

Kipperij Arnhem heeft aan dit gedeelte van haar vordering artikel 194 Rv en artikel 7:913 lid 4 BW ten grondslag gelegd.

4.2.

De rechtbank kan ingevolge artikel 195 lid 1 Rv op verzoek van een partij de wederpartij bevelen tot het verstrekken van inzage, afschrift of uittreksel van bepaalde gegevens. De vereisten voor het recht op inzage in of verstrekking van gegevens zijn bepaald in artikel 194 Rv. Degene die informatie van een ander verlangt moet voldoende belang hebben bij het krijgen van de gegevens, de gegevens moeten relevant zijn voor de rechtsbetrekking waarbij de verzoeker partij is en de verzoeker moet voldoende concreet kunnen omschrijven om welke gegevens het gaat. Verder zal aannemelijk moeten worden gemaakt dat de wederpartij over die gegevens beschikt of deze eenvoudig van een derde kan verkrijgen. De met het verstrekken van inzage gemoeide kosten komen voor rekening van de partij die om inzage verzoekt. De wederpartij is niet verplicht tot het geven van inzage als zij een beroep kan doen op een verschoningsrecht of als gewichtige redenen daaraan in de weg staan.

4.3.

In artikel 7:913 leden 1 t/m 3 staat omschreven welke informatie de franchisegever in de precontractuele fase concreet aan de franchisenemer moet verstrekken. In lid 4 BW is vervolgens bepaald dat de franchisegever aan de beoogd franchisenemer alle overige informatie verstrekt waarvan hij weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat deze van belang is voor het sluiten van de franchiseovereenkomst.

4.4.

De gevraagde gegevens worden hierna per onderdeel behandeld in het licht van voorgaande juridisch kader.

De VPA’s van andere franchisenemers

4.5.

Kipperij Arnhem wijst erop dat MCR Retailminds de vaste leverancier is van Kipperij Franchise e.a. en ook voor de andere franchisenemers VPA’s heeft opgesteld. Zij stelt gegronde vermoedens te hebben dat de VPA, waarop zij mede haar beslissing baseerde om de franchiseovereenkomst te sluiten, grotendeels bestaat uit standaardinformatie die MCR Retailminds op instructie van Kipperij Franchise e.a. heeft opgenomen om de financiering bij de bank rond te krijgen. Indien de bemoeienis van Kipperij Franchise e.a. heeft geleid tot onjuiste of misleidende informatie in de VPA, is de franchiseovereenkomst tot stand gekomen onder invloed van dwaling (artikel 6:228 BW) en hebben Kipperij Franchise e.a. hun precontractuele informatieplicht van artikel 7:913 BW geschonden, aldus Kipperij Arnhem.

4.6.

Kipperij Franchise e.a. hebben de stellingen van Kipperij Arnhem op dit punt echter gemotiveerd betwist, terwijl Kipperij Arnhem haar vermoedens op geen enkele wijze concreet heeft gemaakt of heeft onderbouwd. Kennisneming van de VPA maakt duidelijk dat de VPA grotendeels locatie-specifieke informatie bevat, zoals demografische gegevens en een concurrentiescan met betrekking tot het gebied van de vestigingslocatie. De VPA bevat ook niet locatie-specifieke informatie, maar dat is verklaarbaar. Dan gaat het bijvoorbeeld om macro-economische gegevens over de branche (fastservicesector) en het segment (fooddelivery en foodservice). Verder hebben Kipperij Franchise e.a. een VPA van een Kipperij-vestiging van een andere franchisenemer, met diens toestemming, overgelegd. Een vergelijking van de VPA’s wijst er niet op dat MCR Retailminds gebruik heeft gemaakt van standaardinformatie.

4.7.

Kipperij Arnhem heeft ook overigens niet duidelijk gemaakt op welke wijze de VPA onjuiste of misleidende informatie bevat. De VPA bevat slechts een onderzoek naar het omzetpotentieel van de vestiging zonder een omzetgarantie af te geven, en is mede bedoeld voor het aanvragen van financiering bij de bank. Dat was bij Kipperij Arnhem bekend.

4.8.

Kipperij Arnhem verwijt Kipperij Franchise e.a. dat zij verkeerde verwachtingen hebben voorgespiegeld. Volgens Kipperij Arnhem bleek in de loop van 2024 dat het onmogelijk was om de vestiging van Kipperij Arnhem winstgevend te exploiteren in lijn met de door Kipperij Franchise e.a. voorgespiegelde verwachtingen, met name omdat de kosten van Kipperij Arnhem hoger waren dan verwacht. Niet valt in te zien waarom inzage in de VPA’s van andere franchisenemers steun kan geven aan dat verwijt. De VPA’s geven immers geen inzicht in de te verwachten winstmarges of kosten.

4.9.

Daar komt bij dat Kipperij Franchise e.a. terecht hebben aangevoerd dat er gewichtige redenen zijn die zich ertegen verzetten dat Kipperij Arnhem de VPA’s van alle franchisenemers verstrekt krijgt. De VPA’s zijn opgesteld door MCR Retailminds in opdracht van de franchisenemer, Kipperij Franchise e.a. zijn daarin geen partij. Bovendien is evident dat de VPA’s bedrijfsgevoelige informatie bevatten. Tussen MCR Retailminds en de franchisenemers is geheimhouding overeengekomen en een verbod tot openbaarmaking. Het is Kipperij Franchise e.a. niet toegestaan om de informatie te delen met Kipperij Arnhem zonder de toestemming van MCR Retailminds en de betreffende franchisenemer.

4.10.

Nu Kipperij Arnhem niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij een voldoende belang heeft bij de VPA’s van de andere franchisenemers en Kipperij Franchise e.a. met succes een beroep doen op gewichtige redenen die een verstrekking ervan in de weg staan, kunnen artikel 194 Rv noch artikel 7:913 lid 4 BW een grond bieden om het informatieverzoek toe te wijzen.

De correspondentie over de VPA van Kipperij Arnhem

4.11.

De vordering tot overlegging van de correspondentie over de VPA wordt eveneens afgewezen. Kipperij Franchise e.a. hebben verklaard geen bijdrage te hebben geleverd aan de VPA van Kipperij Arnhem. Daartegenover heeft Kipperij Arnhem geen enkele onderbouwing gegeven van haar vermoeden dat Kipperij Franchise e.a. bemoeienis hebben gehad met de inhoud van de VPA. Het blijft bij een blote stelling. Ook heeft zij niet op enigerlei wijze aannemelijk gemaakt dat de door haar gevraagde correspondentie over de VPA bestaat. Daarmee ontbreekt niet alleen het vereiste belang van Kipperij Arnhem bij de stukken, hier is sprake van een fishing expedition waarvoor artikel 194 Rv geen ruimte beoogt te bieden.

4.12.

Artikel 7:913 BW kan geen grondslag vormen, alleen al omdat de correspondentie over de VPA niet onder de reikwijdte van dat artikel valt.

Verstrekking van de correspondentie over de onderhandelingen met betrekking tot de huurovereenkomst (vordering I. sub c)

4.13.

Kipperij Arnhem stelt aanwijzingen te hebben die erop wijzen dat Kipperij Franchise e.a. tijdens de standstill-periode contact hebben gehad met [naam 3] en/of De Lely om Kipperij Arnhem aan te zetten tot het sluiten van de huurovereenkomst. Dat is volgens Kipperij Arnhem in strijd met artikel 7:914 lid 2 sub c BW. Zij vordert op grond van artikel 194 Rv en artikel 7:913 lid 4 BW verstrekking van de correspondentie tussen Kipperij Franchise e.a. enerzijds en [naam 3] en/of De Lely anderzijds over de onderhandelingen met betrekking tot de huurovereenkomst.

4.14.

In artikel 7:914 lid 2 sub c BW is bepaald dat de franchisegever tijdens de standstill-periode van vier weken niet overgaat tot het aanzetten tot het doen van betalingen of investeringen door de beoogd franchisenemer die samenhangen met de nog te sluiten franchiseovereenkomst.

4.15.

Ook op dit punt heeft Kipperij Arnhem haar vermoedens niet concreet gemaakt. Zij heeft er enkel op gewezen dat Kipperij Franchise e.a. [naam 1] en [naam 2] hebben aangespoord om de intentieovereenkomst te tekenen en dat [naam 3] de vaste tussenpersoon is van Kipperij Franchise bij het werven van locaties voor nieuwe franchisenemers. Dat is volstrekt onvoldoende om aan te nemen dat Kipperij Franchise e.a. via [naam 3] en/of De Lely Kipperij Arnhem ertoe hebben aangezet om de huurovereenkomst aan te gaan. [naam 3] en De Lely hebben immers een eigen belang bij de totstandkoming van de huurovereenkomst. Bij gebrek aan enige onderbouwing door Kipperij Arnhem valt niet in te zien waarom en op welke wijze Kipperij Franchise e.a. in hun communicatie naar hen toe daar bemoeienis mee hebben gehad.

4.16.

De vordering komt derhalve over als een fishing expedition en wordt om die reden afgewezen.

4.17.

Ook hier geldt dat het beroep op artikel 7:913 lid 4 BW niet kan slagen, omdat de gevraagde correspondentie niet onder de reikwijdte van dit artikel valt.

Verstrekking van een overzicht van de marketingactiviteiten van Kipperij Marketing (vordering I. sub d)

4.18.

Kipperij Arnhem stelt dat Kipperij Franchise e.a. niet hebben voldaan aan hun informatieverplichting zoals bedoeld in artikel 7:916 lid 1 sub d BW, door geen inzicht te geven in de door Kipperij Marketing voor Kipperij Arnhem verrichte reclameactiviteiten en de daaraan verbonden kosten.

4.19.

In artikel 7:916 lid 1 sub d BW is bepaald dat de franchisegever aan de franchisenemer tijdig overige (dan de in sub a t/m c omschreven) informatie verstrekt waarvan de franchisegever weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat deze van belang is met het oog op het uitvoeren van de franchiseovereenkomst door de franchisenemer. Deze bepaling legt niet een verplichting op Kipperij Franchise e.a. om de gevraagde informatie op te stellen voor Kipperij Arnhem.

4.20.

Verder is van belang dat Kipperij Franchise e.a. onderbouwd hebben gesteld dat de marketingactiviteiten en de kosten daarvan genoegzaam bekend zijn bij Kipperij Arnhem. Zij wijzen erop dat zij een breed scala aan marketingkosten hebben, zoals kosten met betrekking tot social media, Google, flyers, weekacties, samenwerking met Thuisbezorgd.nl en softwarepakketten. De landelijke kosten worden gedeeld door het aantal franchisenemers waarbij iedere franchisenemer zelf ook specifiek budget inzet (als daar ruimte voor is). Kipperij Franchise e.a. boeken alle facturen in een Excel sheet per vestiging, waar franchisenemers toegang toe hebben, zo ook die van Kipperij Arnhem. Dat rijmt met de stelling van Kipperij Arnhem dat zij eerder inzage had in de marketingkosten via een digitaal platform. Gesteld noch gebleken is dat het thans gevorderde overzicht meer omvat dan wat zichtbaar is op het platform. Dat haar toegang tot dit platform is ontzegd, heeft te maken met het feit dat Kipperij Franchise e.a. hun marketingactiviteiten ten behoeve van Kipperij Arnhem per 1 mei 2025 hebben opgeschort toen Kipperij Arnhem in gebreke bleef met betaling van de overeengekomen franchise en marketing fee. De vraag welke partij in dit geschil het gelijk aan haar zijde heeft, komt in de hoofdzaak aan de orde. De rechtbank ziet geen reden om daarop vooruit te lopen en Kipperij Franchise e.a. te verplichten om het gevorderde overzicht te verstrekken.

4.21.

Deze vordering wordt dus ook afgewezen.

Proceskosten

4.22.

Kipperij Arnhem wordt als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten in het incident veroordeeld. De kosten aan de zijde van Kipperij Franchise e.a. worden begroot op € 614,00 (1 punt x tarief van € 614,00) aan salaris advocaat.

5
Het verdere verloop in de hoofdzaak
5.1.

In de hoofdzaak is nog niet voor antwoord geconcludeerd. De rechtbank zal de zaak daartoe naar de rol verwijzen.

Beslissing

6
De beslissing

De rechtbank:

in het incident

6.1.

wijst het gevorderde af;

6.2.

veroordeelt Kipperij Arnhem in de proceskosten van het incident, aan de zijde van Kipperij Franchise e.a. tot op heden begroot op € 614,00;

6.3.

verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;

in de hoofdzaak

6.4.

bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van woensdag 29 oktober 2025 voor conclusie van antwoord.

Dit vonnis is gewezen door mr. C. Bouwman en in het openbaar uitgesproken op 17 september 2025.

[2091 / 1729]