3.1
Tussen partijen staat blijkens de stellingen en overgelegde stukken het volgende vast.
- Partijen hebben tot november 2019 een affectieve relatie met elkaar gehad. Uit hun relatie zijn geboren de minderjarigen
1. [minderjarige4] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
2. [minderjarige5] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum2] .
De man en de vrouw hebben gezamenlijk het gezag over deze kinderen.
3.7
Bij beschikking van 12 februari 2021 heeft de rechtbank te Rotterdam bepaald:
- dat de hoofdverblijfplaats van [minderjarige] bij de man zal zijn en de hoofdverblijfplaats van [minderjarige2] bij de vrouw;
- dat de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken als volgt komt te luiden:
- [minderjarige] en [minderjarige2] zullen steeds iedere twee weken eerst van maandagochtend 9.00 uur tot woensdagochtend 9.00 uur bij de man zijn, van woensdagochtend 9.00 uur tot zaterdagochtend 9.00 bij de vrouw, vervolgens van zaterdagochtend 9.00 uur tot donderdagochtend 9.00 uur bij de man en ten slotte van donderdagochtend 9.00 uur tot maandagochtend 9.00 uur bij de vrouw;
- op de donderdagen waarop [minderjarige] een hele dag school heeft, zal zij tussen de middag bij de man of bij zijn ouders eten;
- de minderjarigen zullen door de vrouw telkens bij de man of uit school worden opgehaald en door de man telkens bij de vrouw in de straat of bij de Jumbo (in [woonplaats2] );
- de herfstvakantie zullen de minderjarigen in de even jaren de eerste helft bij de man doorbrengen en de tweede helft bij de vrouw, en in de oneven jaren andersom;
- in de kerstvakantie zullen de minderjarigen in de even jaren de eerste week bij de man zijn en de tweede week bij de vrouw, en in de oneven jaren andersom;
- de krokusvakantie zullen de minderjarigen in de even jaren de eerste helft bij de vrouw doorbrengen en de tweede helft bij de man, en in de oneven jaren andersom;
- de meivakantie zullen de minderjarigen in de even jaren de eerste helft bij de man doorbrengen en de tweede helft bij de vrouw, en in de oneven jaren andersom;
- in de zomervakantie zullen de minderjarigen in de even jaren in week 1 en 2 bij de man zijn, in week 3 en 4 bij de vrouw, in week 5 bij de man en in week 6 bij de vrouw en in de oneven jaren omgekeerd;
- op de verjaardag van de vrouw en op Moederdag zullen de minderjarigen bij de vrouw zijn, en op de verjaardag van de man en op Vaderdag bij de man;
- op hun eigen verjaardag zullen de minderjarigen bij de ouder zijn bij wie zij op dat moment volgens de reguliere zorgregeling verblijven.
Partijen hebben bij gelegenheid van die zitting met elkaar afgesproken dat zij zowel een paspoort als een identiteitskaart zullen aanvragen voor ieder van de minderjarigen en dat de man het paspoort van [minderjarige] en de identiteitskaart van [minderjarige2] onder zich zal houden, en de vrouw het paspoort van [minderjarige2] en de identiteitskaart van [minderjarige] , welke afspraak in de beschikking is opgenomen.