Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. het vonnis in de zaak NL18.6021 van de rechtbank Midden-Nederland van 21 mei 2019;
b. het arrest in de zaak 200.266.412 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 8 februari 2022.
Emergo heeft tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld.
FGH heeft voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld.
Partijen hebben over en weer geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, en voor FGH mede door E.C.L. van de Langerijt.
De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal M.H. Wissink strekt tot verwerping van het principale cassatieberoep.
De advocaat van Emergo heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.